maandag 10 november 2025

Blauwdruk voor democratisch Israël-Palestina

 "How to end Israeli apartheid" door Jonathan Adler, in +972 Magazine 05-11-2025

Samenvatting: Een blauwdruk voor democratie in Israël-Palestina

Dit artikel is een interview met Michael Schaeffer Omer-Man en Sarah Leah Whitson, auteurs van het nieuwe boek “From Apartheid to Democracy: A Blueprint for Peace in Israel-Palestine.” Het boek biedt een gedetailleerde routekaart voor een overgang van de huidige 'één-staat realiteit' van bezetting en apartheid naar een democratische toekomst in Israël-Palestina.

Hoofdpunten van de blauwdruk

De auteurs stellen dat de status-quo van permanente bezetting, apartheid en belegering na de gebeurtenissen van 7 oktober 2023 onhoudbaar is geworden. Ze beargumenteren dat het decennialange streven naar een twee-statenoplossing via het Oslo-proces is mislukt.

De door hen voorgestelde blauwdruk heeft twee kritische elementen die de mislukte aanpakken uit het verleden omkeren:

Driejarig transitieplan

Het plan voorziet in een driejarige overgangsperiode onder een tussentijdse regeringscoalitie (caretaker government).

Rol van de Internationale Gemeenschap

De auteurs erkennen dat het onwaarschijnlijk is dat Joods-Israëliërs vrijwillig hun macht zullen opgeven. Zij stellen dat internationale druk essentieel is om de bezetting onhoudbaar te maken, vooral in de nasleep van de 'genocide in Gaza' en de toenemende internationale isolatie van Israël.

Zij hopen dat hun blauwdruk een alternatief beleidsvisie biedt om de huidige sancties, boycots en desinvesteringen te sturen. Hoewel er op dit moment misschien geen onmiddellijk "venster van opportuniteit" is in de hoogste beleidskringen, geloven zij dat het normaliseren van nieuwe ideeën binnen het bredere buitenlandbeleid cruciaal is om toekomstige leiders en denktanks te bereiken.

zaterdag 8 november 2025

Hoe vorm je een regering in Nederland en in Duitsland?

Er volgde een reactie uit Duitsland op mijn blog Winnaar 07-11-2025, waarop ik weer heb gereageerd. Een vergelijking van het Nederlandse en het Duitse politieke systeem. In mijn blog besprak ik dat partijen bij de verkiezingen zetels kunnen winnnen ("winnaar") en verliezen, maar dat "de grootste" geen categorie is in het Nederlandse staatsrecht en de nummer 1 daarmee nog geen "winnaar" is. De grootste partij in de Kamer mag sinds een aantal jaren wel het initiatief nemen bij de formatie, al is dat in geen enkele wet of reglement vastgelgd. 

De reactie uit Duitsland: 

Bij ons in Duitsland wordt er helemaal niet gekeken naar wie de grootste fractie heeft, maar alleen wie een meerderheid kan organiseren. Decennialang waren er eigenlijk alleen maar CDU/CSU, SPD en FDP in het parlement. Feitelijk heeft de FDP als kleinste partij toen besloten met wie ze in de regering zou gaan. Bij de vorming van de “verkeerslichtregering” (rood, geel, groen) vier jaar geleden was het vergelijkbaar: de Groenen en de FDP (geel) hebben zich verenigd en onderzocht of ze liever met de CDU/CSU (zwart) of met de SPD (rood) wilden regeren – beide waren mogelijk geweest. Zonder de beiden was geen meerderheid mogelijk, tenzij je met de AFD (vergelijk de PVV) wilde regeren. Tot nu toe heeft echter altijd de grootste fractie de bondskanselier geleverd. Er bestaat echter geen wet hierover.

Mijn vervolgreactie: 

Dank voor de toelichting en vergelijking. In Nederland was het de gewoonte dat het staatshoofd direct na de verkiezingen enkele vaste adviseurs (waaronder de voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer) en daarna één voor één alle fractievoorzitters uitnodigde op het paleis en om hun mening vroeg. Een korte samenvatting van die adviezen werd na elk bezoek openbaar gemaakt, maar de fractievoorzitters konden in de vertrouwelijkheid van het paleis ook al wat meer bespreken, bijvoorbeeld hun tweede voorkeur of hoever ze bereid waren te gaan.. Als uit de adviezen een duidelijke meerderheid naar voren kwam, dan benoemde het staatshoofd een formateur die de opdracht kreeg een regering te vormen "die kan rekenen op een vruchtbare samenwerking met de Staten-Generaal" (beide kamers van het parlement). Als het niet direct duidelijk was, dan werd er eerst een informateur aangewezen (of twee of drie, bijvoorbeeld ervaren oud-politici uit de tegenovergestelde partijen die zouden moeten gaan samenwerken).

In 2012 is besloten (en bij de troonswisseling van 2013 in werking getreden) dat het staatshoofd deze rol niet langer toekomt en dat de Tweede Kamer zélf het formatieproces aanstuurt. Daarbij is gezocht naar een objectief criterium over wie het initiatief mag nemen, de grootste, al staat dat nergens geschreven.

Hier doorheen speelt de 'amerikanisering' van de politiek. Kiezers en media kijken steeds meer naar de persoon en zien (naar mijn mening ten onrechte) de verkiezingen voor de Tweede Kamer als een verkapte verkiezing voor een minister-president. Daar ben ik erg kritisch op, ook op de NOS, die in de berichtgeving deze indruk versterkt. In Nederland had de minister-president traditioneel weinig macht, hij kan bijvoorbeeld zelf geen ministers aanstellen of ontslaan en moet zich ook niet teveel met de dossiers van de vakministers bemoeien (alleen coördineren en knopen doorhakken), hij is primus inter pares, eerste onder zijn gelijken. De minister-president krijgt in de loop van de jaren wel steeds meer macht, deels door de versnippering (dus minder macht bij de grotere partijen), zijn mandaat bij de Europese Raad van regeringsleiders, topoverleg waarin hij zelfstandig beslissingen moet kunnen nemen en door de genoemde 'amerikanisering', waardoor 'het volk' hem steeds meer persoonlijke macht gaat toekennen.

vrijdag 7 november 2025

Winnaar

Het NOS Journaal beweert dat D66 nu formeel door de Kiesraad tot winnaar van de verkiezingen is uitgeroepen. Wat een onzin!

De Kiesraad heeft de officiële uitslag van de verkiezingen vastgesteld en bekendgemaakt en daaruit kan worden afgeleid dat D66 (+17), CDA (+13), JA21 (+8), FvD (+4) en 50+ (van 0 naar 2) zetels hebben gewonnen, PVV (-11), VVD (-2), GL-PvdA (-5), BBB (-3), SP (-2), Volt (-1) en NSC (van 20 naar 0) zetels verloren en de SGP, PvdD, SGP, CU en Denk gelijk zijn gebleven.

"De grootste" is geen categorie in het Nederlandse staatsrecht en de grootste "de winnaar" noemen is een term gejat van een ander kiesstelsel van een ander land.

Stel de PVV was twee zetels hoger uitgevallen (28) en D66 twee zetels lager (24). Dan was nog steeds D66 winnaar in deze verkiezingen en PVV verliezer. Nu zijn ze gelijk geëindigd, beide met 26 zetels. In de Kamer hebben ze evenveel zetels en evenveel formele macht. Als D66 zich de grootste fractie mag noemen in de Tweede Kamer, dan de PVV ook.

Met enige moeite leg ik aan mijn buitenlandse vrienden uit dat D66 en PVV in de Kamer even groot zijn en dat "die Rechten" PVV, JA21 en FvD bij deze verkiezingen niet hebben verloren maar een zetel hebben gewonnen, van 40 naar 41 op een totaal van 150 zetels.

In de relatief recente parlementaire geschiedenis is de gewoonte ontstaan dat de grootste partij het initiatief neemt bij de kabinetsformatie. Het staat in geen enkele wet en zelfs niet in het Reglement van Orde van de Kamer. In dat reglement staat wel dat de Tweede Kamer na de verkiezingen een verkenner, later een eventuele informateur en een formateur aanwijst. De gewoonte om de grootste hierbij het voortouw te laten nemen, heeft dus wel enig nut, omdat je hier dan niet meer stel op sprong na de verkiezingen over hoeft te steggelen, nu het politiek neutrale staatshoofd en diens vaste adviseurs in dit proces terzijde zijn geschoven.

Dus stel dat de PVV net iets meer stemmen had gekregen dan D66. Dan had Wilders als grote verliezer met de meeste stemmen als eerste zich voor een week in een kantoortje mogen opsluiten en één voor één de andere fractievoorzitters mogen ontvangen om hun luide "nee, nee, nee!" aan te horen, waarna de directeur van de NS alsnog met enige vertraging het vertreksein had kunnen geven.

De meest aannemelijke uitkomst van de coalitieonderhandelingen is dat we een regering krijgen onder leiding van minister-president Rob Jetten. Daarvoor zal hij eerst een meerderheid achter zich moeten zien te krijgen. Als Geert Wilders 30.000 stemmen meer had gekregen en de grootste was geworden, dan was nog steeds de meest aannemelijke uitkomst dat we een kabinet-Jetten krijgen. Want ook hij zou een meerderheid achter hem moeten zien te krijgen en die kans heeft hij eerder dit jaar vooralsnog verspeeld. Maar als intussen Laurens Dassen van de enige eenmansfractie Volt met een geniaal plan komt waar hij een meerderheid achter weet te krijgen, dan kunnen we ook nog een kabinet-Dassen krijgen. Theoretisch, ik weet het. Maar mijn punt is: het gaat uiteindelijk om wie en wat de meerderheid teweegbrengt. Zo werkt democratie.

Verder zal de voorzitter van de Tweede Kamer in het principe van 'de grootste mag eerst' aanleiding zien om in voorkomende gevallen als de fracties op volgorde van grootte het woord mogen voeren en de grootste twee fracties even groot blijken te zijn, het aantal kiezers achter deze zetels mee te laten tellen. Dus de woordvoerder van D66 mag dan straks als eerste het woord voeren en daarna die van de PVV in plaats van andersom. Gewoonlijk een verschil van een minuut of tien.

Dat is het wat de NOS (maar zo niet de Kiesraad) "de winnaar van de verkiezingen" noemt.

Windfonds Goyerbrug

Start participatietraject uitwerking windfonds Goyerbrug

De gemeente Houten start binnenkort een participatietraject voor de uitwerking van het Windfonds Goyerbrug. Dit deelt het college van B&W van Houten op 7 november mee. Een belangrijk uitgangspunt is dat - binnen de door de gemeenteraad vastgestelde kaders - omwonenden en belanghebbenden uit de buurgemeenten worden betrokken bij de verdere invulling van het fonds. Via lokale nieuwsberichten in Houten en omliggende gemeenten roept de gemeente daarom inwoners en ondernemers binnen drie kilometer van het windpark op om mee te denken over de voorwaarden en vormgeving van het fonds. De oproep richt zich op inwoners en ondernemers uit Schalkwijk, ’t Goy, Cothen, de noordrand van Culemborg en het bedrijventerrein Wijk bij Duurstede. Met een straal van drie kilometer rond het windpark voldoet de gemeente ruim aan de jurisprudentie, die voor participatie een richtafstand van 10 keer de ashoogte aangeeft.

Bron: Mededelingen College B&W Houten

Het Windfonds is een fonds om de lusten en lasten van de windmolens te delen met de directe omgeving. Het geld is bedoeld voor lokale projecten die de leefbaarheid en duurzaamheid in de directe omgeving van het windpark ten goede komen.


maandag 3 november 2025

Open stemhokjes

Toen ik binnenkwam bij het stembureau kon ik meteen precies zien op wie de drie kiezers op dat moment in het stemhokje hun stem uitbrachten. Ik heb dit direct gemeld bij het stembureau en nog voor het sluiten van de stembussen een brief gestuurd aan de burgemeester. 

--------------------

29/10/25 Aan de Burgemeester van Houten

Geachte Burgemeester,
 
Vandaag heb ik gestemd op stembureau Het Kruispunt aan het Spoor. Bij binnenkomst en achter aansluitend bij de rij viel mijn oog direct op de drie stemhokjes. De stemhokjes waren helemaal open, naar het publiek gericht en vanwege de enorm grote stembiljetten kon ik precies zien op wie (althans op welke lijst) de drie stemmers op dat moment hun stem uitbrachten. Er was zelfs geen poging gedaan om het uitbrengen van de stem af te schermen voor het oog van de aanwezigen. Bij het wachten in de rij heb ik mijn ogen afgewend, om niet het stemgedrag van iedereen te zien. Ik heb hier direct een opmerking over gemaakt bij het stembureau. De voorzitter zou aantekening maken van mijn waarneming. De voorzitter liet weten dat men te allen tijde zicht moet houden op wie zich in het stemhokje bevindt en dat afscherming daarom niet mogelijk is. Bij het stemmen voelde ik mij erg ongemakkelijk. Ik herinner mij dat in mijn jonge jaren de stemhokjes halve gordijntjes hadden, zodat het stemproces zelf was afgeschermd. Ook moet het mogelijk zijn om het stemlokaal zo in te richten dat het uitbrengen van de stem niet openlijk in het zicht van iedereen plaatsvindt. 

Ik verzoek u als plaatselijk verantwoordelijke voor een goed verloop van de verkiezingen ervoor te zorgen dat voortaan het stemgeheim weer in acht wordt genomen en gewaarborgd. Dit moet mogelijk zijn door de open zijde van de stemhokjes niet op de zaal te richten en het liefst door het invoeren van gordijntjes (het blijft altijd zichtbaar dat een persoon zich in het hokje bevindt). Als het inderdaad zo is dat er te allen tijde moet worden meegekeken bij het uitbrengen van de stem, zoals de voorzitter van het stembureau aangaf, dan moet de wet misschien worden aangepast.

Voor zover ik weet, dient het stemlokaal zo ingericht te zijn dat het stemgeheim is gewaarborgd. Kieswet art. J15: “Het stemlokaal is zodanig ingericht dat het stemgeheim is gewaarborgd”.

Art. J16: “De toegang tot de stemhokjes moet zichtbaar zijn voor het publiek.”
(Er staat niet dat het publiek moet kunnen meekijken in het stemhokje!).

Art. J19 “Bij Algemene Maatregel van Bestuur kunnen nadere regels worden gesteld betreffende de inrichting van het stemlokaal.”

Het voorschrift dat de toegang tot de stemhokjes zichtbaar moet zijn, is m.i. bedoeld om te zien dat de persoon die het stembiljet in ontvangst heeft genomen, ook degene is die het hokje binnen gaat en om te voorkomen dat er zich onbevoegde of meerdere personen in het hokje bevinden en om onregelmatigheden te voorkomen. Het betekent niet dat het stembureau of het publiek openlijk moeten kunnen zien hoe degene in het stemhokje zijn stem uitbrengt. Als de stembiljetten zo groot zijn dat ze het stemgeheim onbedoeld onthullen, dan is dit in strijd met de vereiste dat de stemhokjes zó opgesteld moeten zijn dat men niet kan zien wat iemand stemt (...). 

--------------------

30/11/25 Op Facebook lees ik verschillende commentaren van mensen die hetzelfde ervaren hebben in andere stemlokalen. 

--------------------

3/11/25 De projectleider van de verkiezingen laat mij namens de gemeente Houten weten: 

"Hartelijk dank voor uw brief waarin u uw zorgen uit over het waarborgen van het stemgeheim tijdens de Tweede Kamerverkiezingen op stembureau (...) Wij waarderen het zeer dat u de moeite heeft genomen om dit onder onze aandacht te brengen. Wij begrijpen uw opmerking over de combinatie van de opstelling van de stemhokjes en de grootte van de stembiljetten. Wij willen u informeren dat de voorzitter van het betreffende stembureau hierover ook een aantekening heeft opgenomen in het proces-verbaal. Het stemgeheim is een fundamenteel onderdeel van het verkiezingsproces en wij nemen signalen hierover dan ook uiterst serieus.Bij de komende verkiezingen zullen wij de opstelling van de stemhokjes aanpassen, zodat het stemgeheim beter gewaarborgd is."

--------------------

In het proces-verbaal van 'mijn' stemlokatie lees ik de volgende opmerking: "Meerdere kiezers gaven aan dat te zien was naar welke kant hun lijf/aandacht ging op het moment dat zij in het stemhokje stonden. Zij vreesden dat daaruit te herleiden was waarop zij hebben gestemd."

Overigens heb ik wel iets meer gemeld dan "vrees". Op het moment dat ik het stemlokaal binnenstapte en nog bij de ingang stond, kon ik van drie mensen zien op welke lijst zij hun stem uitbrachten (niet hun "lijf/aandacht" maar hun hand met het rode potlood op het stembiljet). Ik heb dit direct gemeld, nog voordat ik mij bij de rij heb aangesloten om zelf te gaan stemmen. Maar ik ben blij met de maatregelen die genomen worden, zodat dit bij volgende verkiezingen niet weer voorkomt. 


--------------------

Waarom hangen er geen gordijntjes voor het stemhokje? 

Vroeger hingen er halve gordijntjes voor het stemhokje, herinner ik mij nog wel. Dat is aan het eind van de jaren '80 afgeschaft. Waarom hangen er geen gordijntjes voor het stemhokje? De Kiesraad noemt deze vraag op zijn website, maar geeft er geen antwoord op. Althans na het lezen van het antwoord, heb ik nog steeds geen idee waarom niet. Terecht wijst de Kiesraad erop dat de leden van het stembureau en de aanwezige kiezers zicht moeten hebben op de toegang tot de stemhokjes. Zo staat het in de wet (Kieswet art. J16). Om te voorkomen dat meerdere mensen in een stemhokje staan, er sprake is van dwang, iemand met een ander papier het stemhokje uitkomt dan er in gaat of wat dan ook. Maar als je waterdicht wilt controleren dat niemand iets onrechtmatigs doet, dan moet je het stemgeheim opheffen en een ambtenaar zetten naast elke kiezer die zijn stem uitbrengt. Liever niet. Maar nu kijkt de hele rij mee. Ook dat heb ik liever niet. 

Halve gordijntjes - zoals vroeger - zorgen voor het harmonisch samengaan van art. J15 (stemgeheim) en J16 (zichtbaarheid). 

De Kiesraad geeft aan dat stemhokjes op minimaal twee meter van de wachtende kiezers moet staan. Ik weet niet waar dat op is gebaseerd (Algemene Maatregel van Bestuur, stembureauinstructies?). Die afstand van twee meter is - neem mij niet kwalijk dat ik het zeg - echt onzin. Voor het bepalen van mijn stem heb ik voor mijn gang naar de stembus de kandidatenlijsten goed bestudeerd, ik weet dus welke partij wáár op het stembiljet staat en met hoeveel kolommen. Ik kan van vijf meter afstand of meer - zoals gezegd vanaf het moment dat ik het stemlokaal binnenstapte - prima zien op welke lijst iemand stemt. 

De huidige opstelling waarmee iedereen kan meekijken in het stemhokje leidt precies tot het tegendeel van wat de wet beoogt. Vreemde ogen dwingen: iemand die kwaad wil, kan gewoon meegaan naar het stembureau en op grote afstand 'controleren' of de afhankelijke persoon wel een stem naar zijn smaak uitbrengt. Dat zal gelukkig niet zo vaak voorkomen. Iets anders: één van de personen van wie ik kon zien op wie hij zijn stem uitbracht, stemde op een partij die ik verafschuw. Ik ken deze persoon niet, maar wat als het een bekende was, wat doet dat ons? 

In het stembureau waar ik stemde had de hele rij vrij zicht op het uitbrengen van de stemmen. Niet lichaamstaal of aandacht, gewoon de lijst, het potlood en de hand die de stem uitbrengt. Dat moet echt anders. 


--------------------

Lees ook mijn blog van 1 mei 2014 over stemfies en stemgeheim: Vreemde ogen