Opiniepeiler aan de deur in Amerika:
"Wat doe you think is the biggest problem in our society: ignorance or apathy? "
Man in de deur: "Hey man, I don't know, and I don't care" en smijt de deur dicht.
[Bij het opruimen van mijn archief vind ik soms losse aantekeningen, zoals deze uit 1980, tijdens mijn reis door Amerika]
donderdag 29 december 2016
dinsdag 6 december 2016
Utrechts spoor in 1875
Leuk om te zien op deze oude kaart hoe in 1875 het centraal station van Utrecht twee onafhankelijke spoorwegmaatschappijen bediende: aan de ene zijde van het perron de Rijnspoorweg naar Arnhem en aan de andere zijde de Staatsspoorweg naar Den Bosch. Tot voor kort was nog goed te zien hoe beide spoorlijnen volledig los van elkaar parallel het station vanaf de zuidzijde naderden. De kaart is te zien in de rode posttrein uit het spoorwegmuseum die tot zondag (11/12/16) op spoor 4 van Utrecht CS staat.
zaterdag 12 november 2016
Vrijwilligerswerk
Het Rijksmuseum voor Oudheden is op zoek naar een vrijwilliger in de bibliotheek. De vrijwilliger moet boeken invoeren in de catalogus, archiveren, bezoekers ontvangen en wegwijs maken. De vrijwilliger moet aan een flink rijtje eisen voldoen, eigenlijk alles kunnen wat een vaste medewerker ook kan. Liefst ook nog collegiaal, stressbestendig en bereid om mee te denken over verbeteringen.
Het museum publiceerde de vacature donderdag in NEDBIB-L, een landelijke mailing list voor medewerkers van bibliotheken.
Au! Dat deed zeer.
Op deze vacature kwamen dezelfde dag nog veel reacties binnen. Maar niet van de vrijwilliger die het oudheidkundig museum zocht.
Een senior informatiemedewerker legt de vraag weer terug bij het Rijksmuseum voor Oudheden: "Waarom is deze functie een vrijwilligersfunctie? Dit zijn eisen die aan een professional worden gesteld, met name gedegen kennis van WinIBW (het catalogusprogramma)"
Het museum publiceerde de vacature donderdag in NEDBIB-L, een landelijke mailing list voor medewerkers van bibliotheken.
Au! Dat deed zeer.
Op deze vacature kwamen dezelfde dag nog veel reacties binnen. Maar niet van de vrijwilliger die het oudheidkundig museum zocht.
"Alweer een onbetaalde baan! Word er niet blij van hoor.", was de eerst reactie. En even later: "Klopt, ik vind dan ook dat dit soort 'banen' niet op deze lijst horen. Is uitermate pijnlijk."
De volgende gaat wat dieper op het probleem in: "Ik ben dus zo'n werkloze vakgenoot, al bijna anderhalf jaar op zoek naar een nieuwe baan in ons vakgebied. Niet te vinden dus, zeker niet als je 50+ bent. Dus "wanhoop" onder die groep mensen... (...) Betaalde medewerkers worden vervangen door vrijwilligers. Veel goedkoper en geen verplichtingen voor de organisatie. (...) Er worden eisen gesteld als voor een HBO-medewerker en wat wordt er voor geboden: vrijwel niets, vier uurtjes per week vrijwilligerswerk als invoerkracht."
Een recruiter belicht de andere kant van de zaak: "Hoe pijnlijk ook voor (betaald) werkzoekenden, ik ben van mening dat dit zeker wel op deze lijst hoort. Het is beter dan géén baan toch? En de argumentatie dat dit betaald werk vervangt, klopt niet. Er zijn veelal quota voor vrijwilligers in een organisatie en juridisch (belastingtechnisch en UWV) is het al helemaal niet eenvoudig om als organisatie vrijwilligers ‘aan te nemen’. En vanuit de werkgever gedacht: die heeft ook liever iemand in dienst dan een vrijwilliger, dat maakt een werkrelatie veel overzichtelijker."
Nieuw is het probleem niet en de gekwetste bibliothecarissen krijgen steun van hun voorganger Annie M.G. Schmidt die in 1938 debuteerde met haar gedicht Leeszaal (waarvan de openingszin is ontleend aan Willem Kloos):
Leeszaal
Ik ben een god in 't diepst van mijn gedachten,
maar in de bibliotheek een volontair
die hunk'rend op een baantje zit te wachten
en boeken uitleent met een zeker air.
Ik lever geest'lijk voedsel aan mevrouwen
die binnenkomen en alleen maar van
de allernieuwste liefdesboeken houden,
'maar niet zo'n engerd als die Wasserman'.
Ik loop met stapels boeken rond te sjouwen
en plak een etiket op Gorters Mei.
Och, als nu juffrouw Jansen eens ging trouwen,
dan kwam er eind'lijk eens een plaatsje vrij.
Ik ben het niet alleen, die staat te wachten
en achter me staat nog een hele rij.
Ik ben een god in 't diepst van mijn gedachten,
maar niet zo heel veel in de maatschappij.
maar in de bibliotheek een volontair
die hunk'rend op een baantje zit te wachten
en boeken uitleent met een zeker air.
Ik lever geest'lijk voedsel aan mevrouwen
die binnenkomen en alleen maar van
de allernieuwste liefdesboeken houden,
'maar niet zo'n engerd als die Wasserman'.
Ik loop met stapels boeken rond te sjouwen
en plak een etiket op Gorters Mei.
Och, als nu juffrouw Jansen eens ging trouwen,
dan kwam er eind'lijk eens een plaatsje vrij.
Ik ben het niet alleen, die staat te wachten
en achter me staat nog een hele rij.
Ik ben een god in 't diepst van mijn gedachten,
maar niet zo heel veel in de maatschappij.
maandag 10 oktober 2016
Internationaal kernwapenverbod
De VN stemt deze maand tijdens de Algemene Vergadering over de onderhandelingen over een internationaal kernwapenverbod. Pax roept mensen op om minister Koenders per email te laten weten, dat Nederland 'voor' moet stemmen. Volgens Pax staan alle lichten op groen voor de Nederlandse regering om vóór deze onderhandelingen te stemmen:
85% van de Nederlandse bevolking is VOOR een kernwapenverbod
45.608 Nederlanders tekenden VOOR
De Tweede Kamer stemde VOOR
De meerderheid van de VN staat klaar om VOOR te stemmen
"De meeste landen zijn er klaar voor. Nederland ook. Nu is minister Koenders aan zet", aldus Pax.
85% van de Nederlandse bevolking is VOOR een kernwapenverbod
45.608 Nederlanders tekenden VOOR
De Tweede Kamer stemde VOOR
De meerderheid van de VN staat klaar om VOOR te stemmen
"De meeste landen zijn er klaar voor. Nederland ook. Nu is minister Koenders aan zet", aldus Pax.
zaterdag 8 oktober 2016
Ombudsman in oorlogstijd
Van 3 tot 5 oktober 2016 werd in Amsterdam een internationale conferentie van militaire ombudsinstanties gehouden.
Rond dit onderwerp schrijf ik verschillende artikelen. Hieronder mijn algemene verslag van de conferentie.
Overname of gerichte opdracht in overleg; neem contact op over de voorwaarden.
OMBUDSMAN IN OORLOGSTIJD
door Ytzen Lont (c) Stylo 06-10-2016
Militairen
worden steeds vaker ingezet in het buitenland.
Er is een
effectief klachtensysteem
nodig om de rechten van
zowel de soldaten als de lokale bevolking bij
internationale missies te beschermen.
Dit staat in de
slotverklaring van de
internationale conferentie van militaire ombudsinstituten
(ICOAF) in
Amsterdam.
Deze
week kwamen ombudsmannen uit 29 landen bij elkaar in Amsterdam.
De conferentie wordt elk jaar georganiseerd door het Geneefse centrum
voor democratische controle van de strijdkrachten (DCAF). Op de
conferentie wisselen ombudsmannen hun ervaringen uit
om van elkaar te leren en te
komen tot standaarden en 'best practices'. Het
zijn inderdaad meest mannen, al heeft het Zweedse woord 'ombudsman'
weinig met het geslacht te maken: 'man'
komt van 'mandataris',
een ombudsman is een
vertegenwoordiger met volmacht. Sommige
landen hebben een speciale ombudsman voor militairen,
in andere landen behandelt een algemene
ombudsman de
klachten over
elke overheidsorgaan, dus
ook het leger. Soms
is het
ook een
mensenrechtencommissie. Nederland heeft drie
ombudsmannen die zich met het leger bemoeien. Iedere
burger of militair kan met klachten terecht bij de Nationale
Ombudsman en veteranen ook
bij de Veteranenombudsman.
Daarnaast
heeft het leger een
eigen Inspecteur-Generaal
der Krijgsmacht (IGK). Deze
luistert naar individuele klachten van soldaten, bemiddelt waar hij
kan en is tevens adviseur van de minister.
Gedwongen te vechten
Reinier
van Zutphen is zowel Nationale Ombudsman als Veteranenombudsman.
Samen met Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht Bart Hoitink was hij
gastheer van deze achtste ICOAF-conferentie. Reinier van Zutphen
benadrukte in zijn openingstoespraak: “Mijn perspectief is dat van
de individuele veteraan, niet dat van de regeringsmachinerie. Ik
maak geen deel uit van de
gevestigde orde van Defensie.”
Het onderbrengen van de
ombudsfunctie bij
het bureau van de Nationale Ombudsman ziet
hij als garantie voor
onafhankelijkheid. “Als
ombudsman ben ik een onafhankelijke partij waar mensen
met hun klachten terecht
kunnen en hun zorgen kunnen uiten. Ik
zie kwetsbare veteranen tegenover ambtenaren die alleen maar de
regels toepassen. Er
worden in dit land nog steeds militairen en oud-militairen slecht
behandeld. Veteranen moeten vaak jaren vechten om de regering zo ver
te krijgen dat hun klachten worden erkend. Ze worden gedwongen te
vechten tegen dezelfde regering die hun – met
gevaar voor hun leven - heeft
uitgezonden over de hele wereld.”
Minister
van Defensie Jeanine Hennis-Plasschaert opende de conferentie. Het
defensiepersoneel staat onder grote druk, erkende ze, doordat
militairen steeds vaker en sneller operationeel worden ingezet en in
moeilijke omstandigheden hun werk moeten doen. “Als
wij zeggen dat ze moeten gaan, dan gáán ze, ongeacht
hoe moeilijk of gevaarlijk de missie. Ze tonen een grote toewijding
met grote persoonlijke risico's voor onze veiligheid, welvaart en
vrijheid. Ze verdienen daarvoor onze voortdurende
erkenning, respect en zorg.”
Mensenrechtenschending
Na
de openingstoespraken bogen de gedelegeerden zich in verschillende
sessies over de vraag hoe als ombudsman om te gaan met internationale
missies. Bijna 120.000 militairen zijn actief in VN-vredesmissies
en daarnaast zijn er internationale missies van regionale
organisaties als de Afrikaanse Unie, de EU en de Navo.
Ombudsinstituties kunnen een meer pro-actieve rol spelen door
op eigen initiatief
onderzoek te doen naast het reageren op klachten. De
gedelegeerden kwamen tot de
conclusie dat ombudsinstanties het mandaat moeten hebben
om bij internationale
missies klachten te ontvangen en te onderzoeken. Voordat
militairen
worden uitgezonden zouden ze een briefing moeten krijgen over de rol
van de ombudsman bij de
missie. Ze zouden ook
heldere richtlijnen moeten meekrijgen over hoe schendingen van
mensenrechten en vooral seksueel misbruik worden
onderzocht en vervolgd en hoe slachtoffers worden beschermd. Elke
schending van mensenrechten of fundamentele vrijheden van het
militaire personeel of de plaatselijke bevolking moet worden gevolgd,
gerapporteerd en geëvalueerd. De ombudsinstituties moeten bij
internationale missies werken aan het opbouwen van vertrouwen en
samenwerking tussen de ombudsinstituties van
de betrokken landen,
ministeries, commandanten
en de plaatselijke
bevolking. Omdat
internationale missies steeds vaker uit troepen van meer
landen bestaan, krijgen ze
te maken met verschillende rechtssystemen en jurisdicties.
Ombudsinstituten kunnen niet zomaar in elkaars zaken neuzen of hun
eigen rechtssysteem
toepassen op anderen. Ze
zijn afhankelijk van de medewerking van de verschillende commandanten
en van de ontvangende landen. Ze moeten daarom nadenken over hoe ze
met elkaar en alle betrokken partijen gezamenlijk kunnen optreden en
hiervoor internationale standaards ontwikkelen.
Van
de 29 deelnemende
landen aan deze conferentie hebben 28 te maken met internationale
missies. Toch hebben maar zeven ombudsmannen hun troepen tijdens een
missie bezocht. Ook blijkt dat er maar weinig klachten uit het
buitenland bij de ombudsinstanties binnenkomen. Betekent dit dat er
weinig te klagen valt of dat er obstakels zijn om te klagen?
Soms dringen klachten pas achteraf door. Zo
heeft de VN vorig jaar een
onderzoek gelast naar
seksueel misbruik door VN-troepen in de Centraal Afrikaanse
Republiek. De voorzitter van
de onderzoekscommissie, de Canadese
oud-rechter
Marie Deschamps kwam naar
Amsterdam om hierover te vertellen. Haar verhaal onderstreept de
conclusie van de ombudsmannen dat zij ook moeten onderzoeken waardoor
het komt dat mensenrechtenschendingen en seksueel misbruik niet
tijdig worden gemeld.
Troepenbezoek
Vorige
maand hebben de Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht Bart Hoitink, de
Nationale en Veteranenombudsman Reinier van Zutphen samen met hun
Duitse collega Hans-Peter
Bartels een bezoek gebracht
aan 'hun' troepen in Mali. Zij deden hiervan tijdens de conferentie
verslag. Bartels
nam vooraf
uitgebreid de tijd voor een
interview en oefende met
de Nederlandse verslaggever nog even hoe je 'Van Zutphen' uitspreekt.
De Duitse militaire ombudsman, de 'Wehrbeauftragte' van de bondsdag,
wordt gekozen door het parlement en heeft daarin – letterlijk –
een vooruitgeschoven zetel. Hij heeft geen stemrecht maar wel
spreekrecht en kan zich met elk onderwerp bemoeien dat gevolgen heeft
voor de soldaten. Zijn positie en bevoegdheden zijn vastgelegd in de
Duitse grondwet. Elke soldaat mag een beroep op hem doen en elke
instantie, niet alleen militaire maar ook bijvoorbeeld gemeenten,
zijn verplicht om aan zijn onderzoeken medewerking te verlenen en
inzage te geven in documenten. Hij reageert direct als er klachten
komen van het 'front', ook als bijvoorbeeld de veiligheid
(bepantsering) of het mandaat (schietinstructie) niet goed is
geregeld.
Wat
viel hem op bij het troepenbezoek aan Mali en ziet hij verschillen
met de Nederlandse aanpak? Wehrbeauftragte Hans-Peter Bartels
antwoordt dat hij ondanks de
wettelijke verschillen net
als zijn Nederlandse collega's vrij pragmatisch tegen zaken aankijkt
en dat hun dezelfde dingen
opvallen.
Zo is er in het kamp in Mali te weinig water voor
drinken, koken, wassen,
douchen, koelen. Als het kamp te veel water oppompt, dan gaat dit ten
koste van de plaatselijke bevolking. Het plan is nu dat de
Nederlanders een nieuwe watervoorziening installeren, waarmee water
kan worden hergebruikt. Hij zal betrokkenen hierover informeren maar
verder eerst rustig afwachten. Pas als er niks gebeurt, komt hij in
actie. Hij kan dan aan de bel trekken in het parlement en ook de
publiciteit zoeken. Het valt
hem overigens wel op dat de Nederlandse inspecteur-generaal niet
zoals hij direct aan het parlement rapporteert. Het Nederlandse
parlement staat wat meer op afstand. Een
tweede probleem is de bureaucratie en controledrang van de VN.
De militairen zijn hier veel zinloze tijd aan kwijt, terwijl de
Europese standaards, bijvoorbeeld voor inrichting en
materiaalgebruik, hoger zijn
dan die van de VN zelf. Hij
klinkt geërgerd: “Wij betalen het meeste zelf, ze moeten niet
alles nog eens willen
natellen”. Het derde wat hem opviel, was het onlinecontact met het
thuisfront, zoals skypen. Het Duitse digitale systeem werkt niet zo
goed en de Duitsers willen graag gebruik maken van het Nederlandse
systeem. “Ook
daar wordt wel een oplossing voor gevonden”.
Europees leger
Volgens
Bartels is dit de eerste keer dat ombudsmannen uit verschillende
landen samen op troepenbezoek gaan, “het eerste gemeenschappelijke
troepenbezoek ooit, dit is
helemaal nieuw”. Hij concludeert dat ondanks
verschillen de
Duits-Nederlandse samenwerking goed functioneert en dat de regels
niet meteen hoeven te worden aangepast. Op
een gegeven moment zal het wel tot internationale standaarden komen.
“We zijn op weg naar een Europees leger, dus dit zal zich ook wel
regelen.” Hij verwijst naar het Verdrag van Lissabon, waarin
weliswaar niet
gesproken wordt over een Europees leger maar over een
Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid. Maar voorlopig is
er nog niet eens een defensiecommissie in het Europees Parlement. Hij
ziet de militaire samenwerking en integratie stapsgewijs gebeuren op
het niveau van verschillende legereenheden. In december verwacht hij
een initiatief voor de
oprichting van een Europees
hoofdkwartier.
Veteranen steunen
Een
speciale sessie van de conferentie was gewijd aan de veteranen.
Tweede-kamerlid Angelien Eijsink (PvdA) vertelde over de Nederlandse
Veteranenwet die in 2012 mede op haar initiatief tot stand is
gekomen. De wet definieert niet
elke oud-militair als veteraan, maar iedereen die
gediend heeft in oorlogssituaties, ook als hij of zij nog in actieve
dienst is. Politici zijn verantwoordelijk voor het uitzenden van
militairen en hebben daarmee ook de verantwoordelijkheid om te zorgen
voor hun welzijn, zegt Eijsink. Deze zorg begint al voor uitzending.
De Veteranenwet benadrukt een goede selectie en voorbereiding van uit
te zenden militairen. De wet verplicht de overheid om ook de familie
goed te informeren en voor te bereiden. De
wet regelt een gezondheidsnetwerk voor veteranen, medische en
psychische zorg en hulp bij het vinden van werk en re-integratie in
de maatschappij. Elke veteraan kan terecht bij een centraal adres en
telefoonnummer dat 24 uur per dag bereikbaar is. Naast het
Veteraneninstituut is ook de
jaarlijkse Veteranendag ingesteld. In
Nederland was vanouds nooit veel aandacht voor veteranen en we doen
niet aan heldenverering. Toch
vindt Eijsink: “respect
voor veteranen moet net zo normaal worden in onze maatschappij als
steun aan ons Olympisch team”.
Enkele van mijn eerdere artikelen:
(c) Ytzen Lont, Stylo
post@stylo.nl
Meer info: * DCAF * ICOAF * IGK * Nationale Ombudsman * Veteranenombudsman
woensdag 5 oktober 2016
Ombudscongres
My tweets during the 8th International Conference of Ombudsinstitutions for the Armed Forces, Amsterdam 3-5/10/16
#8ICOAF is the International Conference of #Ombuds Institutions for the Armed Forces, Amsterdam 3-5/10 DCAF.ch
Military #ombuds institutions from 29 countries exchange best practices in #Amsterdam 3-5/10 #8ICOAF
#Wievandedrie? Nederland heeft 3 ombudsfuncties voor militairen: inspecteur-generaal, veteranen- en nationale #ombudsman. #8ICOAF
Inspector-general (IGK) hosts #8ICOAF delegates in his beautiful mansion near #Hilversum. He's advisor and mediator. Ombudsman?
Openingsspeech minister Jeanine Hennis (Defensie)
Minister Hennis at #8ICOAF "They go where we ask them to go. At great risk. They deserve our acknowledgement, respect and care.
Minister Hennis at #8ICOAF on cyber warfare: What consequences for military #ombudsman when we must deal with virtual army?
Openingsspeech Ombudsman Reinier van Zutphen
#Ombudsman Reinier van Zutphen at #8ICOAF "I still see vulnerable veterans, and officials who only apply the rules".
#Wievandedrie? Nederland heeft 3 ombudsfuncties voor militairen: inspecteur-generaal, veteranen- en nationale #ombudsman. #8ICOAF
#8ICOAF is the International Conference of #Ombuds Institutions for the Armed Forces, Amsterdam 3-5/10 DCAF.ch
Military #ombuds institutions from 29 countries exchange best practices in #Amsterdam 3-5/10 #8ICOAF
#Wievandedrie? Nederland heeft 3 ombudsfuncties voor militairen: inspecteur-generaal, veteranen- en nationale #ombudsman. #8ICOAF
Inspector-general (IGK) hosts #8ICOAF delegates in his beautiful mansion near #Hilversum. He's advisor and mediator. Ombudsman?
Openingsspeech minister Jeanine Hennis (Defensie)
Minister Hennis at #8ICOAF "They go where we ask them to go. At great risk. They deserve our acknowledgement, respect and care.
Minister Hennis at #8ICOAF on cyber warfare: What consequences for military #ombudsman when we must deal with virtual army?
Openingsspeech Ombudsman Reinier van Zutphen
#8ICOAF Reinier van Zutphen: De Veteranenombudsman als onderdeel van de Nationale Ombudsman is een garantie voor onafhankelijkheid.
Openingsspeech DCAF-director Thomas Gürber
#8IOCAF #DCAF: 28 of 29 countries take part in international missions, only 7 #ombuds visited the troops.
#8ICOAF #DCAF: Hardly any complaints from troops or civilians. Nothing to complain about or they don't find the way?
Visiting the troops in Mali
German, Dutch military #ombuds tell of their visit to the troops in #Mali. What did they learn and what can others learn? #8ICOAF
Sub-Saharan Africa
#8ICOAF launches Francophone Sub-Saharan Africa Mapping Study.
The study examines #ombuds of Burkina Fasso, Cameroon, Niger, Senegal, Togo, Burundi, Cote d'Ivoire, Guinea, Madagascar, Mali #8ICOAF
Social media guide
#8ICOAF launches social media guide for #ombuds institutions for armed forces.
DCAF: #Ombudsman can use social media to inform and listen to public and soldiers. #8ICOAF
Social media can strenghten the voice of #ombuds institutions. To hold armed voices accountable. #8ICOAF
"If we can train soldiers to fire weapons, we can train them to use Facebook" #8IOCAF
News & comments
#8ICOAF Defence #ombuds Belgium, UK, NL (inspector-general) get budget from Min of Def. Some point out this is negative for independence
Good morning, #8ICOAF - Not easy to wake up, drinking DCAF coffee...
#8ICOAF MT @HillaryClinton Veterans who experience PTS (...) We owe them nothing short of world-class care: hrc.io/2d9Fubu
Britain to allow troops to opt-out of human rights law. ( #8ICOAF )
yahoo.com/news/britain-a…
#8IOCAF #DCAF: 28 of 29 countries take part in international missions, only 7 #ombuds visited the troops.
#8ICOAF #DCAF: Hardly any complaints from troops or civilians. Nothing to complain about or they don't find the way?
Visiting the troops in Mali
German, Dutch military #ombuds tell of their visit to the troops in #Mali. What did they learn and what can others learn? #8ICOAF
Sub-Saharan Africa
#8ICOAF launches Francophone Sub-Saharan Africa Mapping Study.
The study examines #ombuds of Burkina Fasso, Cameroon, Niger, Senegal, Togo, Burundi, Cote d'Ivoire, Guinea, Madagascar, Mali #8ICOAF
Social media guide
#8ICOAF launches social media guide for #ombuds institutions for armed forces.
DCAF: #Ombudsman can use social media to inform and listen to public and soldiers. #8ICOAF
Social media can strenghten the voice of #ombuds institutions. To hold armed voices accountable. #8ICOAF
"If we can train soldiers to fire weapons, we can train them to use Facebook" #8IOCAF
News & comments
#8ICOAF Defence #ombuds Belgium, UK, NL (inspector-general) get budget from Min of Def. Some point out this is negative for independence
Good morning, #8ICOAF - Not easy to wake up, drinking DCAF coffee...
#8ICOAF MT @HillaryClinton Veterans who experience PTS (...) We owe them nothing short of world-class care: hrc.io/2d9Fubu
Britain to allow troops to opt-out of human rights law. ( #8ICOAF )
yahoo.com/news/britain-a…
woensdag 28 september 2016
Landesbank
Tag 366 der Bankstörung ist da. Bis vor einem Jahr war ich ganz zufrieden mit DKB. Aber seit 28. September 2015 gibt es Schwierigkeiten, die immer noch nicht ganz gelöst sind. DKB bucht jede Kartenzahlung mit "Landesbank Hessen-Thüringen". Ich kenne diesen Bank gar nicht. DKB ist sich dieses Problem zwar bewusst, hat mich sogar mehrmals angerufen, und wir haben lange telefoniert über die anscheinend unlösbare technische Probleme dieser Bank. Auch hat DKB sich mehrmals persönlich bei mir entschuldigt. Da hat sich auch einiges verbessert, weil mittlerweile der Name der Empfänger wieder mitgeschickt wird (und nach ein paar Clicks in der Datei zu finden ist), aber noch immer wird jede Kartenzahlung mit dem Name dieser mir völlig unbekannten Bank gebucht. Sehe das Bild von meinen Buchungen mal an.
"Wiederholung ist die Kraft der Werbung". Es ist klar was DKB mir jeden Tag - mittlerweile seit 366 Tage - sagen will: "suchen sie einen besseren Bank, ziehe bitte um nach dem Landesbank Hessen-Thüringen". Ich denke nach einem Jahr, wird es Zeit diesen Rat mal zu folgen.
woensdag 21 september 2016
Passing our lives
Isatu Sesay passed away at the first day of this year. She passed our lives and left a deep impression. Her footprints are still here. Only 32 years old, full of plans and hopes, she suddenly had to leave her beloved son and family behind, for who she so passionately and loyally took care every day. This week, thinking of her on her birthday, she will be especially missed.
One Sunday afternoon, while she was preparing food at the back of her house, I took this picture of her. In fact, it's one of the rare pictures on which she's not smiling. Yet, at that moment she was relaxed and satisfied, accepting every day as a gift. Thank God, she suddenly said. When I asked her why, she told me right there how grateful she was for life.
One Sunday afternoon, while she was preparing food at the back of her house, I took this picture of her. In fact, it's one of the rare pictures on which she's not smiling. Yet, at that moment she was relaxed and satisfied, accepting every day as a gift. Thank God, she suddenly said. When I asked her why, she told me right there how grateful she was for life.
Isatu (21.09.1983-01.01.2016) and her sisters |
dinsdag 20 september 2016
maandag 5 september 2016
Libanon
Dat rode vlak? Da's Libanon. Een kwart Nederland zeg maar. Libanon vangt 1.033.513 Syrische vluchtelingen op. pic.twitter.com/JJ2K1M09E9— Tineke Ceelen (@Tinekeceelen) September 5, 2016
Nadat ik deze tweet op Facebook had gedeeld, vroeg iemand mij: "Wat stel je voor?"
Mijn reactie: ik stel niks voor maar heb alleen een tweet van Tineke Ceelen, directeur van Stichting Vluchteling, gedeeld zonder commentaar. Natuurlijk heb ik wel zo mijn gedachten.
Mijn eerste gedachte gaat niet zozeer over Nederland of wat Nederland al dan niet zou moeten doen. Ik maak me vooral zorgen over Libanon, dat in mijn jeugd het (vredige) Zwitserland van het Midden-Oosten werd genoemd, maar later werd verwoest door een gruwelijke burgeroorlog, waarbij de Syriërs één van de gelieerde partijen waren en Israël een andere. Zoals iemand opmerkte, Libanon heeft minder inwoners dan Nederland en de impact van deze aantallen is veel groter. Wat Europa betreft is het aantal Syrische vluchtelingen naar mijn mening helemaal niet het probleem. Het is slechts een tijdelijke piek en we vingen niet zo lang geleden meer vluchtelingen op. Dat is een kwestie van organisatie en dat zou Europa (qua aantallen) zeker aan kunnen. Zeker als de al afgesproken herverdeling inderdaad zou worden uitgevoerd. De noodopvang was vorig jaar nodig doordat er in Nederland net veel AZC's waren gesloten en de opvang elders stagneerde. De crisis in Europa wordt niet veroorzaakt door vluchtelingen maar ze leggen slechts onze interne onderlinge crisis bloot. Het is altijd pijnlijk als net tijdens een echtelijke ruzie er gasten aanbellen.. Het probleem is niet zozeer de aantallen maar de aard van de oorlog en de krachten en partijen die er aan meedoen en de impasse waarin de oorlog is geraakt. Die vormen een groot gevaar. De combinatie van betrokken zijn in een oorlog en de slachtoffers ervan opvangen is ook een moeilijke. Wat aantallen betreft, is illegale immigratie een veel groter probleem en die maakt (buiten het land van herkomst) ook veel meer slachtoffers. Ik ben voor een ruimhartig beleid, maar daar zijn per definitie altijd grenzen aan en dus afvallers en daarin is het verschil tussen voorstanders van een strikt beleid en die voor een ruimhartig beleid slechts gradueel (de haatdragers buiten beschouwing gelaten).
Nogmaals, toen ik het plaatje zag, dacht ik niet in de eerste plaats aan Nederland of aan wat wij zouden moeten doen (al zal Tineke Ceelen dat misschien wel bedoeld hebben) maar aan Libanon.
Wat mijzelf betreft, ik ben geen hulpverlener of vluchtelingenopvang, maar ik verhuur al 16 jaar een kamer aan mensen die hier als vluchteling gekomen zijn (zowel moslim als christen). Ik heb de gemeente een brief geschreven om - zeker waar het gaat om jonge alleenstaanden - ook te kijken naar kamerverhuur en alternatieve vormen van huisvesting en niet per se altijd direct een woning voor elke individuele erkende vluchteling (statushouder). Direct contact met 'de samenleving' is wel belangrijk. Ik heb gemerkt dat het samenleven wederzijds voordelen kan bieden.
Mijn eerste gedachte gaat niet zozeer over Nederland of wat Nederland al dan niet zou moeten doen. Ik maak me vooral zorgen over Libanon, dat in mijn jeugd het (vredige) Zwitserland van het Midden-Oosten werd genoemd, maar later werd verwoest door een gruwelijke burgeroorlog, waarbij de Syriërs één van de gelieerde partijen waren en Israël een andere. Zoals iemand opmerkte, Libanon heeft minder inwoners dan Nederland en de impact van deze aantallen is veel groter. Wat Europa betreft is het aantal Syrische vluchtelingen naar mijn mening helemaal niet het probleem. Het is slechts een tijdelijke piek en we vingen niet zo lang geleden meer vluchtelingen op. Dat is een kwestie van organisatie en dat zou Europa (qua aantallen) zeker aan kunnen. Zeker als de al afgesproken herverdeling inderdaad zou worden uitgevoerd. De noodopvang was vorig jaar nodig doordat er in Nederland net veel AZC's waren gesloten en de opvang elders stagneerde. De crisis in Europa wordt niet veroorzaakt door vluchtelingen maar ze leggen slechts onze interne onderlinge crisis bloot. Het is altijd pijnlijk als net tijdens een echtelijke ruzie er gasten aanbellen.. Het probleem is niet zozeer de aantallen maar de aard van de oorlog en de krachten en partijen die er aan meedoen en de impasse waarin de oorlog is geraakt. Die vormen een groot gevaar. De combinatie van betrokken zijn in een oorlog en de slachtoffers ervan opvangen is ook een moeilijke. Wat aantallen betreft, is illegale immigratie een veel groter probleem en die maakt (buiten het land van herkomst) ook veel meer slachtoffers. Ik ben voor een ruimhartig beleid, maar daar zijn per definitie altijd grenzen aan en dus afvallers en daarin is het verschil tussen voorstanders van een strikt beleid en die voor een ruimhartig beleid slechts gradueel (de haatdragers buiten beschouwing gelaten).
Nogmaals, toen ik het plaatje zag, dacht ik niet in de eerste plaats aan Nederland of aan wat wij zouden moeten doen (al zal Tineke Ceelen dat misschien wel bedoeld hebben) maar aan Libanon.
Wat mijzelf betreft, ik ben geen hulpverlener of vluchtelingenopvang, maar ik verhuur al 16 jaar een kamer aan mensen die hier als vluchteling gekomen zijn (zowel moslim als christen). Ik heb de gemeente een brief geschreven om - zeker waar het gaat om jonge alleenstaanden - ook te kijken naar kamerverhuur en alternatieve vormen van huisvesting en niet per se altijd direct een woning voor elke individuele erkende vluchteling (statushouder). Direct contact met 'de samenleving' is wel belangrijk. Ik heb gemerkt dat het samenleven wederzijds voordelen kan bieden.
maandag 22 augustus 2016
Station Vaartsche Rijn open
Vandaag, maandag 22 augustus 2016, is station Utrecht Vaartsche Rijn open gegaan. Overdag had ik geen tijd, maar vanavond toch nog even snel op en neer om voor de #eerstekeer op dit station uit- en in te stappen. Van Castellum naar Vaartsche Rijn is het elf minuten met de trein.
De perrons liggen er al meer dan een jaar, mijn trein is er vaak langsgekomen en zelfs al heel wat keren gestopt - wachtend op een vrij spoor op Centraal - maar vandaag was de eerste keer dat de deuren open gingen. In de late jaren '80 had ik in mijn werk voor de afdeling Stedebouw van de gemeente Utrecht al te maken met dit geplande Randstadspoor-station. Het moet het drukste station van Nederland, Utrecht Centraal, ontlasten en de zuidelijke binnenstad van Utrecht vlotter toegankelijk maken.
Je kunt hier bijvoorbeeld overstappen van de sprinters uit Tiel en Breda op de sprinters naar Bunnik, Driebergen, Maarn, Veenendaal en Rhenen of naar Zuilen, Maarssen en Breukelen. De sprinter uit Houten gaat tegenwoordig - nog niet officieel maar al best vaak - rechtstreeks door naar Den Haag.
Door het nieuwe station heeft de zuidelijke binnenstad een opkikker gekregen. Al jaren geleden is het oude politiebureau Tolsteeg omgebouwd tot filmhuis Louis Hartlooperscomplex, wat voortaan van buiten Utrecht veel sneller bereikbaar is zonder overstap via Centraal op een door de binnenstad slingerende stadsbus. Ook het winkelgebied rond de Twijnstraat en het zuideinde van de Oudegracht kan van het station profiteren. De Oosterkade, en in iets mindere mate de Westerkade, langs de Vaartsche Rijn bloeit door het langverwachte station al jaren op met nieuwe horeca.
Het bord dat wijst naar de tram is iets te vroeg onthuld. De perrons liggen er al lange tijd, maar zonder rails is het tracé nog wat stroef voor de tram tussen Utrecht Centraal en het universiteitscentrum De Uithof. Deze tram gaat naar verwachting in 2018 rijden.
De perrons liggen er al meer dan een jaar, mijn trein is er vaak langsgekomen en zelfs al heel wat keren gestopt - wachtend op een vrij spoor op Centraal - maar vandaag was de eerste keer dat de deuren open gingen. In de late jaren '80 had ik in mijn werk voor de afdeling Stedebouw van de gemeente Utrecht al te maken met dit geplande Randstadspoor-station. Het moet het drukste station van Nederland, Utrecht Centraal, ontlasten en de zuidelijke binnenstad van Utrecht vlotter toegankelijk maken.
Je kunt hier bijvoorbeeld overstappen van de sprinters uit Tiel en Breda op de sprinters naar Bunnik, Driebergen, Maarn, Veenendaal en Rhenen of naar Zuilen, Maarssen en Breukelen. De sprinter uit Houten gaat tegenwoordig - nog niet officieel maar al best vaak - rechtstreeks door naar Den Haag.
Door het nieuwe station heeft de zuidelijke binnenstad een opkikker gekregen. Al jaren geleden is het oude politiebureau Tolsteeg omgebouwd tot filmhuis Louis Hartlooperscomplex, wat voortaan van buiten Utrecht veel sneller bereikbaar is zonder overstap via Centraal op een door de binnenstad slingerende stadsbus. Ook het winkelgebied rond de Twijnstraat en het zuideinde van de Oudegracht kan van het station profiteren. De Oosterkade, en in iets mindere mate de Westerkade, langs de Vaartsche Rijn bloeit door het langverwachte station al jaren op met nieuwe horeca.
Het bord dat wijst naar de tram is iets te vroeg onthuld. De perrons liggen er al lange tijd, maar zonder rails is het tracé nog wat stroef voor de tram tussen Utrecht Centraal en het universiteitscentrum De Uithof. Deze tram gaat naar verwachting in 2018 rijden.
zondag 14 augustus 2016
Zeven baantjes (4)
Op Twitter doet de vraag de ronde "Wat zijn jullie eerste pak 'm beet zeven baantjes eigenlijk geweest?"
Wat zijn jullie eerste pak 'm beet zeven baantjes eigenlijk geweest?— Armen Hakhverdian (@hakhverdian) August 8, 2016
Het brengt mijn gedachten natuurlijk terug bij mijn eigen eerste baantjes. Eerder beschreef ik al (1) huis schilderen, (2) Phonogram en (3) Stationsfietsenstalling. Nu het vierde baantje.
(4) Barneveldse Krant
Rond mijn 18de (zomer 1973) heb ik gesolliciteerd als journalist bij de Barneveldse Krant. In die tijd strekte het niet hebben van een opleiding nog tot aanbeveling. De sollicitatie ging razend snel, ik had mijn schooldecaan als referentie opgegeven en nog niet de tijd gehad om hem netjes toestemming te vragen. Binnen een dag werd ik gebeld door chef-redacteur Jur van Ginkel en ik kon diezelfde dag nog bij hem op gesprek komen. De volgende dag alsnog naar meneer Van der Hoeven, mijn decaan, om toestemming voor de referentie. "Ik vind het goed", zei hij, "alleen ik moet je wat vertellen. Mijn zoon heeft ook gesolliciteerd. En laat ik het je meteen maar zeggen: hij heeft net bericht gekregen dat hij is aangenomen". Die baan ging dus aan mijn neus voorbij. Na deze teleurstelling heb ik besloten weer naar school te gaan.
Een jaar later (zomer 1974) zat ik weer verlegen om een vakantiebaan. Ik heb de stoute schoenen aangetrokken en bij hoofdredacteur Dick Rebel thuis aangebeld. Zijn schone dochter deed open en ik mocht daar wel wachten tot pa thuiskwam. Zijn dochter kreeg ik niet, maar ik kon een maand lang aan de slag op de redactie. Een maand is te kort om het vak te leren, maar ik heb in die paar weken wel alles moeten doen wat tot het vak behoort. Telex-berichten herschrijven, de straat op om nieuwtjes en sfeerinterviews te verzamelen op de markt, naar persconferenties. Mensen interviewen. Dat kon ik wel, maar o zo eng als er een persfotograaf om je heen cirkelt. Een nieuwsbericht maken uit een statistisch jaarverslag. Koppensnellen. Een aardige puzzel om te zien bij welk corps je hóeveel letters aan zinnige tekst in een kop kunt duwen. Ook tussenkopjes maken in aangeleverde berichten vond ik leuk. Een week lang volgde ik de jaarlijkse Tour de Junior in Achterveld, onder andere vanuit de VW Kever van de speaker, om vervolgens op de sportfiets van mijn broer naar de redactie te snellen om nog dezelfde dag mijn sportverslag in de krant te hebben.
Op een nacht was ik laat op de redactie. Ik weet niet waarom. Het was al na middernacht. In het telexkamertje zie ik 'live' een foto binnenkomen. Griekse studenten. Juichend op een muur. Het moet juli 1974 geweest zijn. Het definitieve einde van het kolonelsregime in Griekenland en de terugkeer van de democratie.
Met één van de redacteuren naar een stacaravan in Voorthuizen, waar een groep campinggasten klaagde over de bereikbaarheid van de plaatselijke huisarts. Het Veluwse Voorthuizen groeide 's zomers van zo'n 6000 naar af en aan wel 40.000 bewoners. Ik maakte wat aantekeningen maar het stuk werd geschreven door de redacteur. Een paar dagen later werd chef-redacteur Jur van Ginkel op het matje geroepen bij hoofdredacteur Dick Rebel, die zich gewoonlijk niet met de dagelijkse gang van zaken van de krant bemoeide. Terug op de redactie liep Jur van Ginkel naar de betreffende redacteur, die daarna direct naar mij kwam. De betrokken huisarts had geklaagd over het artikel en of ik hem maar even wilde bellen. In de scheldpartij die ik daarna over mij heen kreeg, leerde ik van deze dokter voor het eerst het begrip "hoor en wederhoor". Ik had er nog nooit van gehoord, maar het klonk mij redelijk in de oren. Natuurlijk was de reputatie van deze plaatselijke arts geschaad door een stel ontevreden stedelingen die ongeremd hun zegje hadden mogen doen in de krant. De kanonnade kwam voor mij, naïef als ik was, volkomen onverwachts en alleen mijn beleefde opvoeding kon mij nog redden. Ik begreep dat dit lastige gesprek op mij als jongste bediende was afgeschoven en ik kon het moeilijk alsnog teruggeven aan de redacteur of uitleggen dat ik het artikel niet geschreven had - ik geloof zelfs dat ik te zien was op de foto van het interview in de caravan. Ik wilde de krant niet afvallen, bleef beleefd luisteren, gaf hem respectvol gelijk en bood hem voorzichtig mijn excuses aan. Later in mijn leven heb ik nog wel vaker boze gesprekken aangenomen, maar nooit heeft iemand aan het eind van het gesprek de hoorn boos neergelegd.
(5) Volgende keer mijn eerste echte baan, deze maand 40 jaar geleden: bij Youth for Christ Nederland in Driebergen.
(4) Barneveldse Krant
Rond mijn 18de (zomer 1973) heb ik gesolliciteerd als journalist bij de Barneveldse Krant. In die tijd strekte het niet hebben van een opleiding nog tot aanbeveling. De sollicitatie ging razend snel, ik had mijn schooldecaan als referentie opgegeven en nog niet de tijd gehad om hem netjes toestemming te vragen. Binnen een dag werd ik gebeld door chef-redacteur Jur van Ginkel en ik kon diezelfde dag nog bij hem op gesprek komen. De volgende dag alsnog naar meneer Van der Hoeven, mijn decaan, om toestemming voor de referentie. "Ik vind het goed", zei hij, "alleen ik moet je wat vertellen. Mijn zoon heeft ook gesolliciteerd. En laat ik het je meteen maar zeggen: hij heeft net bericht gekregen dat hij is aangenomen". Die baan ging dus aan mijn neus voorbij. Na deze teleurstelling heb ik besloten weer naar school te gaan.
Een jaar later (zomer 1974) zat ik weer verlegen om een vakantiebaan. Ik heb de stoute schoenen aangetrokken en bij hoofdredacteur Dick Rebel thuis aangebeld. Zijn schone dochter deed open en ik mocht daar wel wachten tot pa thuiskwam. Zijn dochter kreeg ik niet, maar ik kon een maand lang aan de slag op de redactie. Een maand is te kort om het vak te leren, maar ik heb in die paar weken wel alles moeten doen wat tot het vak behoort. Telex-berichten herschrijven, de straat op om nieuwtjes en sfeerinterviews te verzamelen op de markt, naar persconferenties. Mensen interviewen. Dat kon ik wel, maar o zo eng als er een persfotograaf om je heen cirkelt. Een nieuwsbericht maken uit een statistisch jaarverslag. Koppensnellen. Een aardige puzzel om te zien bij welk corps je hóeveel letters aan zinnige tekst in een kop kunt duwen. Ook tussenkopjes maken in aangeleverde berichten vond ik leuk. Een week lang volgde ik de jaarlijkse Tour de Junior in Achterveld, onder andere vanuit de VW Kever van de speaker, om vervolgens op de sportfiets van mijn broer naar de redactie te snellen om nog dezelfde dag mijn sportverslag in de krant te hebben.
Op een nacht was ik laat op de redactie. Ik weet niet waarom. Het was al na middernacht. In het telexkamertje zie ik 'live' een foto binnenkomen. Griekse studenten. Juichend op een muur. Het moet juli 1974 geweest zijn. Het definitieve einde van het kolonelsregime in Griekenland en de terugkeer van de democratie.
Met één van de redacteuren naar een stacaravan in Voorthuizen, waar een groep campinggasten klaagde over de bereikbaarheid van de plaatselijke huisarts. Het Veluwse Voorthuizen groeide 's zomers van zo'n 6000 naar af en aan wel 40.000 bewoners. Ik maakte wat aantekeningen maar het stuk werd geschreven door de redacteur. Een paar dagen later werd chef-redacteur Jur van Ginkel op het matje geroepen bij hoofdredacteur Dick Rebel, die zich gewoonlijk niet met de dagelijkse gang van zaken van de krant bemoeide. Terug op de redactie liep Jur van Ginkel naar de betreffende redacteur, die daarna direct naar mij kwam. De betrokken huisarts had geklaagd over het artikel en of ik hem maar even wilde bellen. In de scheldpartij die ik daarna over mij heen kreeg, leerde ik van deze dokter voor het eerst het begrip "hoor en wederhoor". Ik had er nog nooit van gehoord, maar het klonk mij redelijk in de oren. Natuurlijk was de reputatie van deze plaatselijke arts geschaad door een stel ontevreden stedelingen die ongeremd hun zegje hadden mogen doen in de krant. De kanonnade kwam voor mij, naïef als ik was, volkomen onverwachts en alleen mijn beleefde opvoeding kon mij nog redden. Ik begreep dat dit lastige gesprek op mij als jongste bediende was afgeschoven en ik kon het moeilijk alsnog teruggeven aan de redacteur of uitleggen dat ik het artikel niet geschreven had - ik geloof zelfs dat ik te zien was op de foto van het interview in de caravan. Ik wilde de krant niet afvallen, bleef beleefd luisteren, gaf hem respectvol gelijk en bood hem voorzichtig mijn excuses aan. Later in mijn leven heb ik nog wel vaker boze gesprekken aangenomen, maar nooit heeft iemand aan het eind van het gesprek de hoorn boos neergelegd.
(5) Volgende keer mijn eerste echte baan, deze maand 40 jaar geleden: bij Youth for Christ Nederland in Driebergen.
vrijdag 12 augustus 2016
Zeven baantjes (3)
Op Twitter doet de vraag de ronde "Wat zijn jullie eerste pak 'm beet zeven baantjes eigenlijk geweest?"
Wat zijn jullie eerste pak 'm beet zeven baantjes eigenlijk geweest?— Armen Hakhverdian (@hakhverdian) August 8, 2016
Het brengt mijn gedachten terug bij mijn eigen eerste baantjes. Eerder deze week vertelde ik al over baantje (1) huis schilderen en (2) op kantoor bij Phonogram. Dan nu mijn derde baantje.
(3) Stationsfietsenstalling (Barneveld)
Een volgende vakantiebaan was het beheren van de stationsfietsenstalling bij station Barneveld-Dorp. Twee weken lang in een blauwe stofjas. Ik herinner me het zware dreunen van het klaphek, dat vanzelf op z'n plek terugviel elke keer als er iemand passeerde. De winkel en de werkplaats waren twee weken gesloten, maar de stalling moest open blijven. In de stalling moest ik ook kleine reparaties doen, zoals banden plakken. Weer een technisch baantje en dat met mijn twee linker handen. Ik heb geen idee hoe ik aan dit baantje ben gekomen. Mijn herinneringen er aan zijn ver weggezonken en heel fragmentarisch. De stationsstalling was van een plaatselijke fietsenmaker, hoe heette hij ook al weer, ik meen Van de Kieft - o nee, Bosma. De stalling was aan de achterkant van de zaak, tegenover het station. De voorzijde met de winkel was aan de Nieuwstraat. Daar zaten twee fietsenwinkels naast elkaar. De buurman heette Fraanje, lidmaat van de 'zware' Fraanje-kerk, die altijd in driedelig grijs streepjespak in de werkplaats stond. Dat streepjespak van Fraanje maakte geloof ik meer indruk dan de blauwe stofjas van zijn buurman. Zelf gingen wij naar een andere fietsenmaker. Hoeveel rijwielherstellers hadden we eigenlijk wel niet in het dorp!?
Volgende keer: (4) Barneveldse Krant (Barneveld).
Aanvulling 2.9.16: De naam van de fietsenmaker waar ik werkte, moet Bosma geweest zijn (spelling onzeker, ik kan er niets over vinden op internet). In zijn zaak zit nu een visrestaurant. Ik fietste er vrijdag 2 september langs. Het viel mij op hoe 'diep' (van voren tot achteren) het pand is. Aan de achterkant van het pand, tegenover het station, staat nu een kantoorgebouw met o.a. een bank. De zaak van Fraanje is in 2014 overgenomen door Jansen 2Wielers (zie Barneveldse Krant). Aan de winkel van Fraanje hangt nog een fraai uithangbord.
(3) Stationsfietsenstalling (Barneveld)
Een volgende vakantiebaan was het beheren van de stationsfietsenstalling bij station Barneveld-Dorp. Twee weken lang in een blauwe stofjas. Ik herinner me het zware dreunen van het klaphek, dat vanzelf op z'n plek terugviel elke keer als er iemand passeerde. De winkel en de werkplaats waren twee weken gesloten, maar de stalling moest open blijven. In de stalling moest ik ook kleine reparaties doen, zoals banden plakken. Weer een technisch baantje en dat met mijn twee linker handen. Ik heb geen idee hoe ik aan dit baantje ben gekomen. Mijn herinneringen er aan zijn ver weggezonken en heel fragmentarisch. De stationsstalling was van een plaatselijke fietsenmaker, hoe heette hij ook al weer, ik meen Van de Kieft - o nee, Bosma. De stalling was aan de achterkant van de zaak, tegenover het station. De voorzijde met de winkel was aan de Nieuwstraat. Daar zaten twee fietsenwinkels naast elkaar. De buurman heette Fraanje, lidmaat van de 'zware' Fraanje-kerk, die altijd in driedelig grijs streepjespak in de werkplaats stond. Dat streepjespak van Fraanje maakte geloof ik meer indruk dan de blauwe stofjas van zijn buurman. Zelf gingen wij naar een andere fietsenmaker. Hoeveel rijwielherstellers hadden we eigenlijk wel niet in het dorp!?
Volgende keer: (4) Barneveldse Krant (Barneveld).
Aanvulling 2.9.16: De naam van de fietsenmaker waar ik werkte, moet Bosma geweest zijn (spelling onzeker, ik kan er niets over vinden op internet). In zijn zaak zit nu een visrestaurant. Ik fietste er vrijdag 2 september langs. Het viel mij op hoe 'diep' (van voren tot achteren) het pand is. Aan de achterkant van het pand, tegenover het station, staat nu een kantoorgebouw met o.a. een bank. De zaak van Fraanje is in 2014 overgenomen door Jansen 2Wielers (zie Barneveldse Krant). Aan de winkel van Fraanje hangt nog een fraai uithangbord.
donderdag 11 augustus 2016
Zeven baantjes (2)
Op Twitter doet de vraag de ronde "Wat zijn jullie eerste pak 'm beet zeven baantjes eigenlijk geweest?"
Nog een herinnering aan die tijd. Bij de ingang van het hoofdkantoor lag een stapel net afgeleverde kranten. De New York Times. Het was voor het eerst dat ik die krant zag. Met op voorpagina de Pentagon Papers. De NYT publiceerde in die tijd de geheime rapporten over de Amerikaanse geheime operaties in Vietnam, Cambodja en Laos.
Al begreep ik niet helemaal waar het over ging, het maakte grote indruk op mij.
Meer over Philips/Phonogram * Phonogram UK * CBS & Phonogram Sales Up (1972)
In het Phonogram-hoofdkantoor aan de Amalialaan is nu Universal Music gevestigd
Zie ook: EMI/Bovema
Volgende keer: (3) Stationsfietsenstalling.
Wat zijn jullie eerste pak 'm beet zeven baantjes eigenlijk geweest?— Armen Hakhverdian (@hakhverdian) August 8, 2016
Het brengt mijn gedachten terug bij mijn eigen eerste baantjes. Daarover wil ik de komende dagen vertellen. Eerder beschreef ik mijn eerste 'baantje': in opdracht van mijn vader ons eigen huis schilderen, waarbij ik meteen de houten keukentrap helemaal wit verfde. Daarna steeg ik snel op de ladder.
(2) Phonogram
In 1970 was mijn vader gestopt met zijn bouwbedrijf Bouwindustrie Barneveld (BIB) en als bouwkundige gaan werken bij Philips Phonografische Industrie (PPI) ofwel Phonogram. Hij regelde daar - ik denk in 1971, ik was nog net 15 - een vakantiebaan voor mij. Op maandagmorgen moest ik mij melden bij de fabriek aan de Torenlaan. Daar stonden tientallen jongeren klaar om aan de slag te gaan. Iemand van personeelszaken ging op een verhoging voor de groep staan en riep mijn naam. Iedereen ging de fabriek in - behalve ik. Mijn vader had - heel verstandig trouwens, maar het schaamrood stond mij op dat moment op de kaken - een kantoorbaan voor mij geregeld. Ik moest mij een paar straten daar vandaan in een prachtige oude villa melden bij de afdeling Voorcalculatie en Planning. Daar kreeg ik grote stapels jaarverslagen op mijn bureau, in rode omslagen, met de omzetcijfers van Phonogram in alle landen van de wereld. Ik moest de cijfers in tabellen en grafieken zetten. Met een dikke zwarte tekenpen op rose millimeterpapier. Toen ik bijna klaar was, kwam de chef mijn werk controleren. Hij zag de optellingen en riep ineens in extase uit: "dan zijn we de grootste ter wereld!" Op basis van mijn cijfers bleek Phonogram zijn grootste concurrent CBS voorbij gestreefd te zijn. Ik kan mij tot op de dag van vandaag niet voorstellen dat men zulke constateringen aan een tiener overliet, maar goed, zo kwam het toen op mij wel over. Het kan zijn dat Philips daarna zijn winstverwachting nog wel wat heeft moeten bijstellen op grond van een rekenfoutje of het uitschieten van mijn tekenpen. Mijn rekenkunst en fijne motoriek zijn nu eenmaal niet mijn sterkste eigenschappen. Ten slotte moest ik naar het hoofdkantoor aan de Amalialaan om fotokopieën te maken van mijn werk. In die tijd was het nog niet zo dat een bedrijf zomaar eventjes op elke afdeling een kopieerapparaat kon neerzetten. Ik zie mij nog sjouwen door de straten van Baarn, gebukt onder dikke stapels papier en om de zoveel meter even uitpuffend op een tuinmuurtje. De rapporten moesten vervolgens naar alle vestigingen in de wereld gestuurd worden.(2) Phonogram
Nog een herinnering aan die tijd. Bij de ingang van het hoofdkantoor lag een stapel net afgeleverde kranten. De New York Times. Het was voor het eerst dat ik die krant zag. Met op voorpagina de Pentagon Papers. De NYT publiceerde in die tijd de geheime rapporten over de Amerikaanse geheime operaties in Vietnam, Cambodja en Laos.
Al begreep ik niet helemaal waar het over ging, het maakte grote indruk op mij.
Meer over Philips/Phonogram * Phonogram UK * CBS & Phonogram Sales Up (1972)
In het Phonogram-hoofdkantoor aan de Amalialaan is nu Universal Music gevestigd
Zie ook: EMI/Bovema
Volgende keer: (3) Stationsfietsenstalling.
maandag 8 augustus 2016
Zeven baantjes (1)
Op Twitter doet de vraag de ronde "Wat zijn jullie eerste pak 'm beet zeven baantjes eigenlijk geweest?"
Wat zijn jullie eerste pak 'm beet zeven baantjes eigenlijk geweest?— Armen Hakhverdian (@hakhverdian) August 8, 2016
Waar deze vraag vandaan komt of wat nou precies de bedoeling ervan is, weet ik niet. Het brengt mijn gedachten natuurlijk wel terug bij mijn eigen eerste baantjes. De komende dagen zal ik ze eens op een rij zetten.
(1) Huis schilderen (Barneveld)
Mijn eerste vakantiebaan, ik denk in 1970 kort voor mijn vijftiende verjaardag, was in opdracht van mijn vader: samen met mijn broer de kozijnen van ons eigen huis schilderen. Zoals gebruikelijk als je mij een verfkwast in handen geeft, schilderde ik alles mee, ook de houten keukentrap waarover ik de pot met witte verf liet vallen. Nu de trap eenmaal onder de verf zat, vond ik het een slim idee om 'm meteen maar helemáál wit te schilderen. Dan zag je de vlekken niet meer. Maar m'n vader werd erg boos toen hij thuiskwam. Hij leerde mij meteen één van de vele veiligheidseisen die kennelijk in de bouw gelden: een houten ladder mag nooit geschilderd worden, want dan kan je zwakke plekken en breuken niet zien. Mijn eerste stap op de carrièreladder.
Volgende keer: (2) Phonogram (Baarn)
(1) Huis schilderen (Barneveld)
Mijn eerste vakantiebaan, ik denk in 1970 kort voor mijn vijftiende verjaardag, was in opdracht van mijn vader: samen met mijn broer de kozijnen van ons eigen huis schilderen. Zoals gebruikelijk als je mij een verfkwast in handen geeft, schilderde ik alles mee, ook de houten keukentrap waarover ik de pot met witte verf liet vallen. Nu de trap eenmaal onder de verf zat, vond ik het een slim idee om 'm meteen maar helemáál wit te schilderen. Dan zag je de vlekken niet meer. Maar m'n vader werd erg boos toen hij thuiskwam. Hij leerde mij meteen één van de vele veiligheidseisen die kennelijk in de bouw gelden: een houten ladder mag nooit geschilderd worden, want dan kan je zwakke plekken en breuken niet zien. Mijn eerste stap op de carrièreladder.
Volgende keer: (2) Phonogram (Baarn)
donderdag 28 juli 2016
Beerenburg
Boomsma Distilleerderij heeft Weduwe S. Joustra uit Sneek overgenomen, nadat de Dirkzwagergroep, het moederbedrijf van Joustra, onlangs uitstel van betaling heeft aangevraagd. Chantoine en Saskia Boomsma, de vijfde generatie Boomsma aan het roer, hebben alles op alles gezet om Weduwe Joustra binnen Friesland te houden, meldt hun persbericht. Beide bedrijven zijn bekend om hun Beerenburg.
Weduwe Joustra was een volledig zelfstandig opererend bedrijf binnen de Dirkzwagergroep en een gezond bedrijf, dat al 152 jaar wordt geleid door de familie, ook nadat in 1981 de aandelen zijn verkocht. Boomsma Distilleerderij is in 1883 opgericht in Leeuwarden en kwam al snel met het karakteristieke Friese kruidenbitter Beerenburger op de markt. Daarnaast brengt Boomsma tegenwordig een uitgebreid binnen- en buitenlandse dranken op de markt.
Bron: persbericht Boomsma 27.07.2016
Weduwe Joustra was een volledig zelfstandig opererend bedrijf binnen de Dirkzwagergroep en een gezond bedrijf, dat al 152 jaar wordt geleid door de familie, ook nadat in 1981 de aandelen zijn verkocht. Boomsma Distilleerderij is in 1883 opgericht in Leeuwarden en kwam al snel met het karakteristieke Friese kruidenbitter Beerenburger op de markt. Daarnaast brengt Boomsma tegenwordig een uitgebreid binnen- en buitenlandse dranken op de markt.
Bron: persbericht Boomsma 27.07.2016
vrijdag 22 juli 2016
Proofing
Robbo Music hired me to do the proofing of audio recordings for two major projects. Both projects are commissioned by (two separate) American religious organizations. More information about the projects and organizations I may provide here when the projects are finished. The first project is a Dutch audio Bible, for which several voice actors read the full text of the Bible. The other project is the Dutch narration (voice over) for four gospel feature movies. My task is to listen carefully to all recordings and make note of any mistakes or disturbances to be fixed or give suggestions where needed. My linguistic skills as well as some basic theological education come together in this assignment. The American project coordinator asked me to elaborate on that in English, and some of that information may be useful here as well.
After secondary school I followed the basic year of a 'middle level' theological education, the Nederlands Bijbel Instituut (Dutch Bible Institute), which far later became part of the theological faculty of Windesheim university of applied sciences. I'm not an academic, but the curriculum provided all the subjects of an academic theological study, except classical languages, on a basic level. It gives me a basic understanding of theological context.
I have been self employed since 1984 as a secretary and text editor. Also I have followed a course in journalism. As a secretary and text editor I have often worked in project teams with academics (like city planners, environmental specialist, financial experts, human recource managers etc. etc.), 'holding' the pen, collecting, editing and proofing texts and so on. I have worked mainly for local governments and universities, editing policy and legal texts, minutes, reports, letters, municipal decisions and resolutions, as well as booklets, brochures and web texts for the general public. Besides that, I have been specialized in transcribing audio and video recordings for broadcasting companies and television producers (interviews, documentaries, discussions, talk shows etc.), which has made me a sharp listener. My skill is to quickly understand purpose and context, without being an expert in any specific field.
After secondary school I followed the basic year of a 'middle level' theological education, the Nederlands Bijbel Instituut (Dutch Bible Institute), which far later became part of the theological faculty of Windesheim university of applied sciences. I'm not an academic, but the curriculum provided all the subjects of an academic theological study, except classical languages, on a basic level. It gives me a basic understanding of theological context.
I have been self employed since 1984 as a secretary and text editor. Also I have followed a course in journalism. As a secretary and text editor I have often worked in project teams with academics (like city planners, environmental specialist, financial experts, human recource managers etc. etc.), 'holding' the pen, collecting, editing and proofing texts and so on. I have worked mainly for local governments and universities, editing policy and legal texts, minutes, reports, letters, municipal decisions and resolutions, as well as booklets, brochures and web texts for the general public. Besides that, I have been specialized in transcribing audio and video recordings for broadcasting companies and television producers (interviews, documentaries, discussions, talk shows etc.), which has made me a sharp listener. My skill is to quickly understand purpose and context, without being an expert in any specific field.
It may be clear from my background that I am "teacher nor preacher", no expert consultant or director, but that I have excellent skills as a proofer and playing my part in an expert team. My theological background gives me some basic understanding of hermeneutic principles, the context of a biblical text, and knowing the role of different translations: 'paraphrazing' like the Living Bible (adding modern words and expressions for clarification of the text), 'dynamic equivalent' (close to the source but looking for modern, literary expression), and 'concordant' like King James Version or the 17th century Dutch Statenvertaling (closely following the source text). During the proofing of the audio recordings I have permanently opened online versions of several translations of the Bible. Also I have access to a Bible version with Strong-codes, a number code with explanation for every single word in the source text. It's not that I am constantly checking all these translations, but I use them in case of doubt on the meaning, context and emphasis in the text, which is necessary for a correct reading. Actually, in every field I apply only one basic rule: "when in doubt, look it up".
This explanation may give some insight in my functional level and skills. if there are any questions I am happy to answer them.
This explanation may give some insight in my functional level and skills. if there are any questions I am happy to answer them.
maandag 18 juli 2016
Levend herinneren
Vandaag 130 jaar geleden (18.07.1886) werd mijn pake IJtzen Karsjens Tamminga geboren op boerderij Groot Humalda aan het Keegsdijkje in Leeuwarden. Dat ik iemand persoonlijk kan kennen en liefhebben die 130 jaar geleden geboren is...
De dochter van mijn vorige huurder, de (toen) 12-jarige Fatmata Daramy, die erg van verhalen en geschiedenis houdt, was diep onder de indruk toen ik haar vertelde dat ik iemand kende uit 1886!
We kwamen er op doordat ik haar een oude krant uit mijn verzameling liet zien met het nieuws van 1968 over de moord op haar held Martin Luther King. Ze was verrast dat King nog bij leven één van mijn helden was geweest en werd zich er van bewust dat een ouder iemand van nu zich iemand van vroeger nog levend kan herinneren.
Het graf van mijn pake Ytzen op de Noorderbegraafplaats aan het Schapendijkje 4 in Leeuwarden bezoek ik nog vrij vaak, ook dit jaar al weer, te meer daar er tot ons verdriet nog regelmatig familieleden naar dat adres verhuizen.
Op zijn honderdste geboortedag plaatste het Friesch Dagblad een artikel van mij over mijn grootvader. Het is te vinden op mijn weblog.
Zie ook de Tamminga-website
De dochter van mijn vorige huurder, de (toen) 12-jarige Fatmata Daramy, die erg van verhalen en geschiedenis houdt, was diep onder de indruk toen ik haar vertelde dat ik iemand kende uit 1886!
We kwamen er op doordat ik haar een oude krant uit mijn verzameling liet zien met het nieuws van 1968 over de moord op haar held Martin Luther King. Ze was verrast dat King nog bij leven één van mijn helden was geweest en werd zich er van bewust dat een ouder iemand van nu zich iemand van vroeger nog levend kan herinneren.
Het graf van mijn pake Ytzen op de Noorderbegraafplaats aan het Schapendijkje 4 in Leeuwarden bezoek ik nog vrij vaak, ook dit jaar al weer, te meer daar er tot ons verdriet nog regelmatig familieleden naar dat adres verhuizen.
Op zijn honderdste geboortedag plaatste het Friesch Dagblad een artikel van mij over mijn grootvader. Het is te vinden op mijn weblog.
vrijdag 15 juli 2016
Three strikes out
ChristenUnie en PvdA willen malafide incassobureaus aanpakken. Het gaat om unfaire praktijken als te hoge rente of kosten, facturen voor niet verleende diensten en intimidatie. Na drie overtredingen moet het bedrijf stoppen en wordt het voor vijf jaar uitgeschreven uit het incassoregister. Carola Schouten van de ChristenUnie noemt dit "three strikes out".
Het aanpakken van deze praktijken vind ik een goede zaak, maar ik heb een hekel aan de term "three strikes out". Om te beginnen heb ik weinig met sport. De term komt uit het baseball, een immens populaire sport in Amerika, maar in Nederland niet wijdverbreid. Toch zullen de meesten hier te lande de term wel kennen, ik leerde het principe al bij gym op de middelbare school. Maar al heb ik het niet zo op sporttermen en amerikanismen, daar ligt niet mijn bezwaar. Een term als "gele kaart", die uit onze eigen volkssport voetbal komt, wordt ook breed gebruikt in politiek en maatschappij.
Mijn weerzin tegen deze term is politiek. "Three strikes out" duidt ook op wetgeving in Amerika die het rechters verplicht om verdachten na drie overtredingen verplicht een voorgeschreven hoge straf op te leggen. Op deze conservatieve wetgeving kwam veel kritiek, omdat het de rechters geen ruimte meer gaf om een afweging te maken in concrete situaties, met individuele daders en slachtoffers van vlees en bloed. De term is wat mij betreft daardoor zwaarbeladen.
Met het principe van het opleggen van een hogere straf of uitsluiting na herhaalde overtreding en na het verknallen van een laatste kans, daar ben ik het wel mee eens. Maar een term die van straffen een sport of een automatisme maakt, mag wat mij betreft aan de andere kan van de oceaan blijven.
Het aanpakken van deze praktijken vind ik een goede zaak, maar ik heb een hekel aan de term "three strikes out". Om te beginnen heb ik weinig met sport. De term komt uit het baseball, een immens populaire sport in Amerika, maar in Nederland niet wijdverbreid. Toch zullen de meesten hier te lande de term wel kennen, ik leerde het principe al bij gym op de middelbare school. Maar al heb ik het niet zo op sporttermen en amerikanismen, daar ligt niet mijn bezwaar. Een term als "gele kaart", die uit onze eigen volkssport voetbal komt, wordt ook breed gebruikt in politiek en maatschappij.
Mijn weerzin tegen deze term is politiek. "Three strikes out" duidt ook op wetgeving in Amerika die het rechters verplicht om verdachten na drie overtredingen verplicht een voorgeschreven hoge straf op te leggen. Op deze conservatieve wetgeving kwam veel kritiek, omdat het de rechters geen ruimte meer gaf om een afweging te maken in concrete situaties, met individuele daders en slachtoffers van vlees en bloed. De term is wat mij betreft daardoor zwaarbeladen.
Met het principe van het opleggen van een hogere straf of uitsluiting na herhaalde overtreding en na het verknallen van een laatste kans, daar ben ik het wel mee eens. Maar een term die van straffen een sport of een automatisme maakt, mag wat mij betreft aan de andere kan van de oceaan blijven.
zaterdag 9 juli 2016
Eindelijk gerechtigheid
Zaterdagavond om vijf over zeven stopt er een grote witte bestelwagen voor de deur. Ik zie hem door het keukenraam en begrijp direct wat hij komt brengen. Vrijdagmiddag om vier uur ben ik namelijk gebeld door de secretaris van de rechtbank, met het bericht dat de rechter nog diezelfde dag uitspraak zal doen in de zaak die nu al een jaar loopt.
Ik zwaai de voordeur open en roep tegen de koerier: "U bent een jaar te laat!"
Hij kijkt wat verbouwereerd, maar ziet dan hoe blij ik reageer als hij mij de post overhandigt.
Het is een dunne envelop. Het vonnis heb ik snel gelezen.
Mijn beroep is gegrond verklaard.
Volgens de rechter valt niet in te zien dat een lagere dan de in de Wet op de Huurtoeslag genoemde basishuur geen commerciële huurprijs kan zijn. Dit volgt ook niet uit de wet. De verweerder heeft onvoldoende gemotiveerd dat geen sprake is van een commerciële huurprijs. De rechtbank draagt verweerder op binnen zes weken een nieuw besluit te nemen.
De rechtbank veroordeelt ten slotte de verweerder tot het vergoeden van de door mij opgevoerde proceskosten van €3. Ik heb de tegenpartij eens flink uitgeknepen door naar de zitting te reizen met de trein.
Ik zwaai de voordeur open en roep tegen de koerier: "U bent een jaar te laat!"
Hij kijkt wat verbouwereerd, maar ziet dan hoe blij ik reageer als hij mij de post overhandigt.
Het is een dunne envelop. Het vonnis heb ik snel gelezen.
Mijn beroep is gegrond verklaard.
Volgens de rechter valt niet in te zien dat een lagere dan de in de Wet op de Huurtoeslag genoemde basishuur geen commerciële huurprijs kan zijn. Dit volgt ook niet uit de wet. De verweerder heeft onvoldoende gemotiveerd dat geen sprake is van een commerciële huurprijs. De rechtbank draagt verweerder op binnen zes weken een nieuw besluit te nemen.
De rechtbank veroordeelt ten slotte de verweerder tot het vergoeden van de door mij opgevoerde proceskosten van €3. Ik heb de tegenpartij eens flink uitgeknepen door naar de zitting te reizen met de trein.
dinsdag 5 juli 2016
Wachten op recht
Het lange wachten op recht...
Sinds voorjaar 2015 heb ik een beroepsprocedure lopen tegen een besluit van de lokale overheid. Omdat dit besluit in mijn ogen niet strookt met de wet, grote gevolgen voor mij zou hebben (zozeer zelfs dat ik mijn huis en mijn verdiensten erdoor zou kunnen kwijtraken) en ik in een gesprek hierover met de wethouder geen enkel gehoor kreeg, ben ik naar de rechter gestapt. In eerste instantie had ik gehoopt en verwacht dat deze kwestie vóór de ingangsdatum van het besluit, 1 juli 2015, zou zijn opgelost. Daarom vroeg ik op 8 juni 2015 een voorlopige voorziening, die de rechter op 29 juli 2015 afwees, omdat er geen sprake was van acute "broodnood". Dat kon ik wel begrijpen.
Inmiddels was op 16 juli 2015 de inhoudelijke procedure bij de rechtbank gestart. Op 5 augustus 2015 ontving ik daarvan de bevestiging. De Rechtbank Midden-Nederland liet mij weten: "De rechtbank streeft er naar uw beroep ongeveer drie maanden na de indiening van het beroepschrift op een zitting te behandelen". Ik vond het jammer dat deze kwestie niet voor 1 juli 2015 kon worden opgelost, maar verwachtte nu wel dat deze zaak uiterlijk in oktober zou zijn afgerond.
Groot was mijn teleurstelling toen ik pas half november een brief van de rechtbank kreeg waarin stond dat de zitting zou plaatsvinden op 23 maart 2016. Deze zaak kostte mij veel aandacht en energie en ik had gehoopt op een snelle en redelijke oplossing. Nu zou ik de hele winter nog moeten wachten. Ik dacht - ten onrechte - dat de uitspraak zo'n twee weken na de zitting zou zijn, dus in april, maar aan het eind van een lange en vermoeiende zitting op 23 maart zei de rechter dat hij binnen zes weken uitspraak zou doen. Dat kon dus nog tot 4 mei duren.
Eind april kreeg ik een brief van de rechtbank dat de rechter meer tijd nodig had en dat de uitspraak nog eens zes weken op zich kon laten wachten. Dat kon dus duren tot 15 juni. Hoewel ik mij had voorgenomen heel rustig en geduldig af te wachten - het ligt nu immers bij de rechter - merk ik telkens weer dat ik bij elk geklepper van de brievenbus alles laat vallen waar ik mee bezig ben en in een paar seconden bij de voordeur sta. Maar sinds april heb ik nooit meer wat van de rechtbank gehoord. De uitstelbrief nog eens lezend, zag ik dat de toezending van de uitspraak daarna ook nog eens twee weken kan duren. Dan kom ik dus uit op 29 juni.
Maar nu is het juli en ik heb nog steeds niks gehoord. Omdat de kwestie per 1 juli toch echt acuut begon te worden en ik vreesde mijn lopende werk niet af te kunnen maken, heb ik de kwestie nu opgelost door mij ook zelf niet aan de wet te houden. (Het voert echt te ver om dit alles hier inhoudelijk uit te leggen.) Een raadscommissielid raadde mij aan: "als de regels absurd zijn, zul je ook absurd moeten reageren". Ik heb mijn 'wetsovertreding' keurig laten weten aan de lokale overheidsinstanties inclusief de verantwoordelijke wethouder. Iedereen tevreden. Sinds 1 juli ben ik dus geen 'wet-houder' meer en de wet en de rechter kunnen mij terzake eigenlijk ook niet zo veel meer schelen. Gelukkig is de overheid daar zelf ook niet in geïnteresseerd.
Sinds voorjaar 2015 heb ik een beroepsprocedure lopen tegen een besluit van de lokale overheid. Omdat dit besluit in mijn ogen niet strookt met de wet, grote gevolgen voor mij zou hebben (zozeer zelfs dat ik mijn huis en mijn verdiensten erdoor zou kunnen kwijtraken) en ik in een gesprek hierover met de wethouder geen enkel gehoor kreeg, ben ik naar de rechter gestapt. In eerste instantie had ik gehoopt en verwacht dat deze kwestie vóór de ingangsdatum van het besluit, 1 juli 2015, zou zijn opgelost. Daarom vroeg ik op 8 juni 2015 een voorlopige voorziening, die de rechter op 29 juli 2015 afwees, omdat er geen sprake was van acute "broodnood". Dat kon ik wel begrijpen.
Inmiddels was op 16 juli 2015 de inhoudelijke procedure bij de rechtbank gestart. Op 5 augustus 2015 ontving ik daarvan de bevestiging. De Rechtbank Midden-Nederland liet mij weten: "De rechtbank streeft er naar uw beroep ongeveer drie maanden na de indiening van het beroepschrift op een zitting te behandelen". Ik vond het jammer dat deze kwestie niet voor 1 juli 2015 kon worden opgelost, maar verwachtte nu wel dat deze zaak uiterlijk in oktober zou zijn afgerond.
Groot was mijn teleurstelling toen ik pas half november een brief van de rechtbank kreeg waarin stond dat de zitting zou plaatsvinden op 23 maart 2016. Deze zaak kostte mij veel aandacht en energie en ik had gehoopt op een snelle en redelijke oplossing. Nu zou ik de hele winter nog moeten wachten. Ik dacht - ten onrechte - dat de uitspraak zo'n twee weken na de zitting zou zijn, dus in april, maar aan het eind van een lange en vermoeiende zitting op 23 maart zei de rechter dat hij binnen zes weken uitspraak zou doen. Dat kon dus nog tot 4 mei duren.
Eind april kreeg ik een brief van de rechtbank dat de rechter meer tijd nodig had en dat de uitspraak nog eens zes weken op zich kon laten wachten. Dat kon dus duren tot 15 juni. Hoewel ik mij had voorgenomen heel rustig en geduldig af te wachten - het ligt nu immers bij de rechter - merk ik telkens weer dat ik bij elk geklepper van de brievenbus alles laat vallen waar ik mee bezig ben en in een paar seconden bij de voordeur sta. Maar sinds april heb ik nooit meer wat van de rechtbank gehoord. De uitstelbrief nog eens lezend, zag ik dat de toezending van de uitspraak daarna ook nog eens twee weken kan duren. Dan kom ik dus uit op 29 juni.
Maar nu is het juli en ik heb nog steeds niks gehoord. Omdat de kwestie per 1 juli toch echt acuut begon te worden en ik vreesde mijn lopende werk niet af te kunnen maken, heb ik de kwestie nu opgelost door mij ook zelf niet aan de wet te houden. (Het voert echt te ver om dit alles hier inhoudelijk uit te leggen.) Een raadscommissielid raadde mij aan: "als de regels absurd zijn, zul je ook absurd moeten reageren". Ik heb mijn 'wetsovertreding' keurig laten weten aan de lokale overheidsinstanties inclusief de verantwoordelijke wethouder. Iedereen tevreden. Sinds 1 juli ben ik dus geen 'wet-houder' meer en de wet en de rechter kunnen mij terzake eigenlijk ook niet zo veel meer schelen. Gelukkig is de overheid daar zelf ook niet in geïnteresseerd.
maandag 13 juni 2016
Lost paradise
Tijdens de vliegshows van de luchtmachtdagen (#LMD16) maakte ik deze foto op vliegbasis Leeuwarden, de geboortegrond van us pake Ytzen en us mem. Ze moesten hun huis in de oorlog bij herhaling en uiteindelijk definitief ontvluchten. De boerderij is later plat gebombardeerd. Mijn grootvader kon nog tijdens de oorlog een andere boerderij aan de rand van het vliegveld verwerven, aan het einde van het Schapendijkje. Hij ging met zijn gezin in de stad wonen, op de hoek van de Harlingerstraatweg en de Nachtegaalstraat. Onderweg te voet van het station naar het vliegveld sprak ik even met de huidige bewoner van dat huis, waar mijn vader vroeger zijn vriendinnetje thuisbracht. Een 'moderne' stadswoning uit 1932. Daarna doorgelopen naar het Schapendijkje, waar ik verschillende familieleden ontmoette. Een kleinzoon van pake Ytzen is daar nu boer. Over zijn land is door de genie een tijdelijke toegangsweg aangelegd voor de voetgangers en fietsers naar het vliegveld. Mijn neef was druk met zijn immense tractor in de weer, omdat hij het gras moest inkuilen. Ik gaf hem een hand ter begroeting en vroeg hem of al die duizenden die over zijn land liepen ook zo beleefd waren geweest.
Als kind speelde ik hier wel eens op het land tijdens de hooitijd. En altijd was er dat geheimzinnige hek waar je niet verder kon en waarachter de vliegtuigen ronkten. De familieverhalen namen mythische proporties aan. Er zijn verschillende schilderijen van de verloren gegane boerderij Groot Humalda, ik heb zelf een van mijn tante geërfde aquarel in mijn woonkamer hangen en mijn vader maakte een prachtig juwelenkistje voor mijn moeder met een houtgesneden afbeelding van de boerderij op het deksel. Als kind was die mysterieuze plek waar je niet kon komen een terugkerend thema in mijn dromen. Pas veel later begreep ik dat dit de mythe is van het verloren paradijs. Lost Paradise. Het geluk dat ooit was en ooit zal wederkeren. Dat er ergens een plek is waar alles is zoals het moet zijn, niet ver hier vandaan, maar afgeschermd door een hekwerk en bewaakt door cherubs of bewapende soldaten met wings op hun blauwe uniformen. Het was een inzicht dat ik rond mijn dertigste 'ineens' kreeg in een gesprek met andere 'Friezen om útens' die zweemden van Friesland. Want: als Friesland zo ver-schrik-ke-lijk mooi is, waarom ga je er dan niet wonen? Ik begreep ineens: die cherubs dat zijn wij zelf.
Daarom grijp ik altijd weer graag de kans aan om als de hekken even open gaan, een kijkje te nemen op de geboortegrond van mijn voorouders. Alleen een sloot en een paar oude bomen herinneren aan de plek waar de boerderij heeft gestaan. En terwijl duizenden naar de lucht kijken waar de straaljagers hun capriolen uithalen, de show die ze ook uitvoeren voor de bevolking van Irak en Syrië, kijk ik naar het gras en de bomen en het water, overblijfselen van het verloren "gewaande paradijs", eale grûn, goede aarde.
Luchtmachtdagen 2016 #LMD16
Aanleg vliegveld Leeuwarden, op het land van Groot Humalda |
Stationsgebouw vliegveld Leeuwarden, nu traditiekamer (museum) (10.6.16) |
Aquarel Groot Humalda |
Mijn moeder |
Abonneren op:
Posts (Atom)