maandag 25 mei 2020

Zittenblijven afgeschaft

Ruim eenderde (38%) van de scholen schaft dit jaar vanwege de coronacrisis het zittenblijven af, lees ik vandaag in de Volkskrant. Het kán dus wel. Maar hoe kan dat dan en waarom nu wel? 

De Volkskrant hield een enquête onder alle middelbare scholen in Nederland. De enquête is ingevuld door 149 scholen, die samen lesgeven aan ongeveer 20 procent van alle leerlingen in het regulier voortgezet onderwijs. De middelbare scholen sloten hun deuren op 16 maart en gaan pas volgende week weer open. Veel scholen hanteren daarom dit jaar soepeler overgangsnormen en zo'n 38% laten iedereen overgaan. 

Dat het dit jaar anders gaat dan anders, begrijp ik, maar dat scholen ineens zonder zittenblijven kunnen, verbaast me. Nood breekt wet, snap ik ook wel, maar zittenblijven is nood. Zelf zou ik nóóit een kind naar een school sturen waar zittenblijven gezien wordt als een acceptabele onderwijsmethode. Nou heb ik geen kinderen, dus ik heb makkelijk praten. Maar ik was er ooit wel een. Klassikaal onderwijs en zittenblijven zijn uitgevonden om te voorkomen dat leraren overspannen raken en het is zeker nuttig als tenminste een deel van de leerkrachten het onderwijs overleeft. Maar het blijft een bizarre uitvinding, dat zittenblijven. Om alles over te laten doen als je op onderdelen faalt en de leerling om die reden uit zijn sociale context te halen. Die klas is er dus voor de leraar en niet voor de leerling, zo blijkt. 

Maar goed, mensen roepen dat 'na de corona' alles anders wordt - we gaan allemaal van elkaar houden en zo - dus misschien zullen mensen nu eindelijk opstaan tegen zittenblijven. 

Volkskrant 25-05-2020 Eenderde scholen schaft zittenblijven af in coronajaar

zaterdag 16 mei 2020

Normen

Uit de kast
Het lot wijst een boek, bladzijde, zin en woord uit de kast
van Ytzen Lont


Na Inge uit Hilversum heeft deze week Anneke uit Odijk voor mij het lot uitgekozen dat een tekst aanwijst uit mijn archief of boekenkast. Ze wijst blindelings een plank aan met boeken, brochures, wetteksten en nota’s over ruimtelijke ordening en bouw. Als kleine zelfstandige heb ik jaren secretariaat en tekstredactie gedaan voor gemeenten en stedenbouwkundige bureaus. Vooral de Vinex, de vierde nota over de ruimtelijke ordening extra, leverde veel werk op. Vandaar mijn ‘collectie’ over dit onderwerp. 


Na jaren secretariaatswerk gedaan te hebben via uitzendbureaus, ben ik op m’n dertigste voor mijzelf begonnen, gestart in 1984/85. Ik werkte al een paar jaar zelfstandig, onder andere voor de Universiteit Utrecht, toen ik op een dag in mei 1987 werd gebeld door Antoinette (de beste intercedente van Nederland, een echte matchmaker) met de dringende vraag of ik diezelfde avond voor Randstad een notuleerklusje wilde doen. Ik mocht er een week over doen, dus dat kon ik wel inplannen. Die avond zat ik in een (vanwege de diapresentatie) halfdonker zaaltje in Utrecht-Lunetten op een inspraakavond van de gemeente Utrecht over “vlek 24/26”, een woningbouwproject langs het spoor. Tachtig zeer betrokken en goed ingelezen omwonenden in een zaaltje en één man die van niks weet die het op mag schrijven. Aan het eind van de avond liet stedenbouwkundige Pim Le Large van de gemeente weten dat het college van B&W over een week een beslissing zou nemen. Niks ‘week uitwerken’, die week was niet voor de notulist maar voor het College. Wie A zegt, moet ook B zeggen, ik kon niet meer terug en ben de hele nacht doorgegaan om het verslag de volgende ochtend in te leveren bij de gemeente. Dat maakte indruk en een paar weken later werd ik door de afdeling Stedenbouw ingehuurd voor “juridisch advieswerk”. Lees: schrijfwerk. Dat ene avondje notuleren heeft mij een jarenlange constante werkstroom in de ruimtelijke ordening opgeleverd. Vandaar dus mijn ‘collectie’. 


Het lot wijst op het boek “Kleine Gids voor de Bouwvoorschriften” van ir. H.L. Marinus uit 1987, daarvan bladzijde 62, regel 9, het vijfde woord: “de”. Aan alleen een lidwoord heb ik weinig, dus ik zet het maar even in context: “Naast de standaardafmetingen bevatten de meeste normen voor bouwmaterialen ook bepalingen met betrekking tot de kwaliteitsnormalisatie”. Deze kleine gids is bedoeld voor bouwkundigen, architecten, aannemers, constructeurs, fabrikanten van bouwmaterialen, projectontwikkelaars en controlerende ambtenaren. Dat laatste beroep klinkt wat koel, maar niet voor mij. Mijn eigen vader was jarenlang bouwkundig opzichter, eerst in Harlingen (waar ik geboren ben), later in Schiedam, Pijnacker en Barneveld. Daar begon hij vervolgens in 1963 met enkele compagnons de Bouw Industrie Barneveld. Als opzichter was hij “buitengewoon opsporingsambtenaar” (BOA), wat vandaag de dag een wat sullig imago heeft gekregen. Maar mijn oudste zus wist als kind nog wel eens belagers op afstand te houden door te roepen: “mijn vader is bij de politie, hoor!’. Mijn vaders technisch vernuft heb ik niet geërfd, wel zijn ruimtelijk inzicht en het kunnen lezen van plattegronden, wat mij in mijn werk voor de ruimtelijke ordening erg van pas is gekomen. Toen ik een kleuter was en wij in een flat op het Wibautplein in Schiedam-Nieuwland woonden, stond mijn vaders tekenmachine op het dressoir in de woonkamer en ik heb menig woning op de tekentafel zien ontstaan. Met het scheermesje en de duivenveer als gum. (1)


Als kinderen hadden wij de taak om lichtdrukken te laten maken bij Engel in Amersfoort (“Er wordt op gewacht!”) en vergunningaanvragen in te leveren op het gemeentehuis in Barneveld, waar we de verstoorde blikken van een hok vol ambtenaren moesten trotseren. Zo moesten we leren over de drempel van onze verlegenheid te stappen. Als tiener typte ik voor mijn vader de vergunningaanvragen uit. Mijn carrière in de tekstverwerking begon als dertienjarige met woningen bestemd ter bewoning en hemelwaterafvoerleidingen (HWA) uitgevoerd in PVC.


De Kleine Gids van ingenieur Marinus gaat over bouwrecht, bouwwetgeving, normalisatie en certificatie. In de tijd dat ik voor de gemeente werkte wist ik alles - nou ja, niet alles - over “artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening” en “artikel 50 van de Woningwet”, maar die kennis is weggezakt en achterhaald. Veel van de bouwwetgeving is nu samengevoegd in de nieuwe Omgevingswet. De reden van dit recht is nog hetzelfde. De Kleine Gids begint er mee. Ongezonde omstandigheden maakten overheidsingrijpen noodzakelijk en leidden tot de Woningwet van 1901. Voor het eerst ging de rijksoverheid zich bemoeien met bouwen en wonen. Sindsdien wonen mensen in veel gezondere omstandigheden. In mijn jeugd zag ik nog vaak de bordjes "onbewoonbaar verklaarde woning" op een woning gespijkerd. Of zoals men wel zei een "onverklaarbaar bewoonde woning".


Maar het hoofdstuk waarheen het lot mij leidt, gaat over “normalisatie”. “Dat moeren heden ten dage feilloos op de bijbehorende bouten passen, ongeacht het fabrikaat, is een geslaagd voorbeeld van normalisatie” (p55). De Kleine Gids toont er een plaatje bij van NEN 5555 voor “Platverzonken draadnagels met geruite kop”. Het klinkt als een liedje uit de vaderlandse geschiedenis over een jongetje in Vlissingen dat naar zee wil.


De normen worden uitgegeven door het Nederlands Normalisatie-Instituut (NNI). Ze worden niet eenzijdig vastgesteld en opgelegd, maar zijn een product van overeenstemming tussen de leden van de betreffende normcommissie. Er staat niet bij dat ze abnormaal duur zijn. Ik heb er ook wel eens eentje besteld, want voor alles is een norm. Voor de internationale samenwerking is het NNI lid van de International Organization for Standardization (ISO) in Genève en het Comité Européen de Normalisation (CEN). Van internationaal belang is ook het Deutsches Institut für Normung (DIN). Denk maar aan de alom bekende norm DIN A4, waar we het aan te danken hebben dat ons papier in de printer past. In mijn jeugd werkten we nog met kwarto en folio en aan het begin van het computertijdperk moesten we het ineens een tijdje doen met 11” of 12” (inch) kettingpapier. 


DIN A4 is een afgeleide van A0, een vierkante meter met een lengte-breedteverhouding van wortel 2 (= circa 1,41) staat tot 1. Door A0 telkens over de lengte te vouwen, ontstaat A1, A2 en zo verder. Een A4’tje is dus een zestiende van A0 en weegt bij 80 gr/m2 80/16 = 5 gram. Deze kennis staat niet in de kleine gids voor de bouw, maar gooi ik er toch maar even tussendoor, want dit moest ik weten voor mijn kantoorboekhandeldiploma van de Stichting Opleiding Kantoorinstallaties, - artikelen en -papierwaren (Sokap). En het is toch ook weer van belang voor de bouw, want tekenpennen (zoals de bekende Rotring-pennen) werken  met dezelfde verhouding als de papiernorm, dus als je een bouwtekening op halve grootte laat afdrukken (bijvoorbeeld van A3 naar A4), dan kan je met de volgende maat uit de reeks (DIN 15) in de juiste lijndikte verder tekenen. 


Volgens de Kleine Gids (p61) hebben normen voor bouwmaterialen altijd een belangrijke rol gespeeld in de bouwwereld. In de begintijd van de normalisatie, aan het eind van de Eerste Wereldoorlog, richtte de aandacht zich vooral op de maatnormalisatie. Zo kom ik terug op mijn huiswerk voor vandaag, bladzijde 62 regel 9: “Naast de standaardafmetingen bevatten de meeste normen voor bouwmaterialen ook bepalingen met betrekking tot de kwaliteitsnormalisatie”. 


Daar heb ik weinig aan toe te voegen. 

-----

(1) Voor wie deze techniek van raderen niet kent: wegschrapen met een scheermesje, schoonvegen met een veer.


PS. Mijn boeken staan nog wat door elkaar. Dit waren de eerste tien boeken die ik oversloeg om bij het opgegeven elfde boek uit te komen: 

  • concept-Structuurmodel Houten, ‘Waar de huizen glimlachen’, 10-11-1995, gemeente Houten

  • Streekplan Provincie Utrecht, 01-07-1994

  • Een winkelhart van buurt tot binnenstad, Detailhandelsnota Gemeente Utrecht, januari 1988

  • Gemeentewijzer, 1989, boek bij de gelijknamige Teleac-cursus

  • Stadsplannen, een beschrijving van planvormen, ruimtelijk beleid en rechtszekerheid, oktober 1993, gemeente Utrecht

  • Masterplan Leidsche Rijn, Projectbureau Leidsche Rijn, 1995, in opdracht van de gemeenten Utrecht en Vleuten-De Meern door BVR, Riek Bakker

  • Grondwet en Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden, 7e druk, 1972 (gekocht 1982)

  • Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden, tekst en toelichting, 3e druk, 1991

  • Onze Grondwet, De rechtsstaat en de grondrechten verklaard voor nieuwe Nederlandse burgers, VNG, 2003

  • De Dagvaarding, het proces tegen de staat inzake de plaatsing van kruisraketten, 1985


woensdag 13 mei 2020

Duitse rechter weert zich

Duitse rechter weert zich

Het Bundesverfassungsgericht (BVG), het Duitse Constitutioneel Hof in Karlsruhe, verdedigt zich tegen de kritiek van het EU-Hof (8/5) en de Europese Commissie (10/5) op de rechterlijke uitspraak van 5 mei over het opkoopprogramma van de Europese Centrale Bank. Wie heeft het wanneer voor het zeggen in Europa? In verschillende media (1) mengt de Duitse rechter Peter Michael Huber van het Duitse Constitutioneel Hof zich nu in de discussie. Hij waarschuwt voor een verkeerde uitleg van het vonnis en wijst er op dat het Europese recht niet altijd en overal onbegrensd geldig is.

De Europese Unie is geen federale staat en het unierecht heeft geen absolute voorrang op de rechtsordening van de lidstaten, zegt Huber. De uitspraak van commissievoorzitter Ursula von der Leyen dat het Europese recht altijd en zonder enige beperking geldt, noemt hij "falsch", onjuist. Het Bundesverfassungsgericht respecteert de uitspraken van het EU-Hof en eigent zich de uitleg van het Europese recht niet toe. "We willen juist méér EU-Hof, we willen dat het Hof zijn werk beter doet. Het EU-Hof moet er aan bijdragen dat de verdeling van competenties in Europa beter functioneert." 

De uitspraak die het Bundesverfassungsgericht 5 mei deed is volgens Huber helemaal niet zo ingrijpend. "We willen alleen dat de Europese Centrale Bank de besluiten onderbouwt en in de openbaarheid verantwoordt. We hebben niet opgedragen het opkoopprogramma te stoppen of er inhoudelijke voorwaarden aan verbonden. Wel willen we dat aangetoond wordt dat het nog binnen het mandaat valt." De plicht tot onderbouwing en verantwoording zou in de statuten van de Europese Centrale Bank kunnen worden opgenomen en de verhouding tussen het Duitse Constitutioneel Hof en het EU-Hof zou door een mechanisme van arbitrage kunnen worden opgelost.

Heldere uitleg in Duitslandnieuws

Absoluut lezenswaard is een artikel van advocaat Axel Hagedorn op de website van Duitslandnieuws. Hij wijst er terecht op dat er bij alle kritiek weinig naar de inhoud van de uitspraak wordt gekeken. Het Duitse Constitutioneel Hof staat volgens hem in zijn recht in zijn kritiek op het opkoopprogramma van de ECB. Het 74 pagina's tellende oordeel (3) is zeer goed onderbouwd. Het Constitutioneel Hof richt zich vooral op de naleving van artikel 5 lid 1 van het EU-verdrag (3), waar staat: "De afbakening van de bevoegdheden van de Unie wordt beheerst door het beginsel van bevoegdheidstoedeling. De uitoefening van die bevoegdheden wordt beheerst door de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid." 

Volgens het Duitse Hof gaat het grootschalige opkoopprogramma van staatsleningen verder dan de bevoegdheid van de bank. Dat kan geoorloofd zijn als het nodig is, maar dan moet het in verhouding staan tot het doel. De ECB heeft monetair beleid als exclusieve taak en niet het sociaal-economisch beleid, wat door de democratisch gecontroleerde organen gevoerd wordt. Het Hof in Karslruhe stelt zelf niet vast dat het opkoopprogamma buiten de competentie van de ECB valt, maar heeft kritiek op zowel de ECB als het EU-Hof, omdat niet onderbouwd wordt waarom het opkoopprogramma nodig is om de beoogde inflatie van 2% te bereiken. EU-lidstaten kunnen volgens het grondwettelijk hof niet gedwongen worden tot beleid dat niet in lijn is met het EU-verdrag. 


Bronnen:

(1) o.a. in Focus en Süddeutsche Zeitung

(2) Duitslandnieuws 11-05-20 Axel Hagedorn: 
Duitse Constitutioneel Hof staat in zijn recht met kritiek op ECB-opkoopprogramma

(3) Bundesverfassungsgericht Urteil vom 05. Mai 2020
2 BvR 859/15, 2 BvR 980/16, 2 BvR 2006/15, 2 BvR 1651/15


Zie mijn eerdere blogs: 

05-05-20 Europese Bank botst met Duitse grondwet
met link naar uitspraak Duitse Constitutioneel Hof
08-05-20 Luxemburg tikt Karlsruhe op de vingers
met link naar de persverklaring van het EU-Hof

dinsdag 12 mei 2020

Dalend dodental

Facebook herinnert mij aan een bericht van vandaag vijf jaar geleden, 12 mei 2015, op de Dag van de Verpleging, waarin staat dat Sierra Leone een week lang geen nieuwe meldingen van ebola heeft gehad. Goed nieuws! Daarmee was het land nog lang niet officieel ebolavrij, want daarvoor geldt dat het 2x de incubatietijd, dus 2x 21 = 42 dagen geen nieuwe gevallen moet hebben gehad. Maar dat mooie moment kwam toen wel dichterbij. Ik schreef bij het bericht: "Waar ik vooral blij om ben, is dat de kinderen en studenten weer naar school kunnen." Na een jaar lang lockdown.

Nu is het land opnieuw in de ban van een dreigend virus en ligt het openbare leven in het straatarme land weer gedeeltelijk stil. Maar het totale aantal geïnfecteerden daar is tot nu toe lager dan bij ons per dag en de hoop is dat een grote uitbraak kan worden voorkomen.

Nu bij ons het aantal doden per dag daalt - gisteren las ik een aantal van 16 - veranderen de getallen weer langzaam in individuen. Eén dode is erger dan duizend of zes miljoen, wordt er wel eens gezegd, want die ene is een persoon en geen getal. Die grote getallen bestaan uit even zovele eenlingen. Zo'n getal van 16 geeft eerst een zucht van verlichting. Het valt dus wel mee. Het is ook niet doodsoorzaak nummer 1. In 2018 overleden in Nederland 153.363 mensen. Dementie, longkanker, beroerte, coronaire hartziekten en hartfalen vormden de top vijf van doodsoorzaken die leiden tot de hoogste sterfte. De longziekte COPD (voorheen ook wel chronische bronchitis genoemd) valt net buiten de top vijf op de zesde plaats. Naast enge ziekten zijn er ook nog ongelukken en geweld. De ene dode is niet minder erg dan de andere en het is geen wedstrijdje in lijden.  In zoverre is corona slechts één in het rijtje. "En je moet toch ergens aan doodgaan", wordt wel eens gezegd. Maar er is een belangrijk verschil tussen een hartstilstand en een virus. Na een hartstilstand staat ook de ziekte stil. Ook kanker stopt bij de dood. Mijn oudere broer (die vandaag jarig is en met wie we nu op afstand het leven vieren) zei op de begrafenis van mijn jongere broer iets dat mij raakte: dat met zijn dood eindelijk ook de in zijn lichaam om zich heen grijpende ziekte stopte. Een troost uit het ongerijmde.

Het bijzondere van besmettelijke virussen als mazelen, ebola of corona is, dat het in heel korte tijd de hele bevolking kan treffen. Mazelen bijvoorbeeld is zonder immuniteit bijna 100% besmettelijk, niet iedereen gaat er dood aan maar het treft iedereen. Daarom is immuniteit zo belangrijk. Bij een nieuw virus is er geen natuurlijke immuniteit, geen vaccin en geen medicijn. Er is maar één manier om het te stoppen en dat is het te isoleren om te voorkomen dat het overspringt. Bij dierziekten doen we dat door een vervoersverbod en het doden van gezonde dieren in de wijde omtrek. Voor mensen is dat een wat al te rigoureuze oplossing, maar in gedachten houd ik dat nog wel eens voor ogen om te beseffen door welke fase we heengaan en waarom we bij een virus zoveel agressiever reageren dan bij andere ziekten. Zolang het niet helemaal weg is, kan er op elk moment ook weer een nieuwe uitbraak komen.

Maar voor nu daalt gelukkig het aantal doden, 16, 15, noem een getal onder de 10. Uiteindelijk komt de statistiek terug op 1. Een zucht van verlichting en dan toch weer benauwd. Wat als ik die ene ben? 

maandag 11 mei 2020

Reizen in coronatijd met cookies

De provincie Utrecht laat onderzoek doen naar het effect van de coronamaatregelen op het reisgedrag van de inwoners. De onderzoekers stellen vragen naar het reisgedrag vóór, tijdens en na de coronamaatregelen en over de ervaringen met thuis werken en studeren. De provincie wil het thuiswerken bevorderen om het milieu en openbaar vervoer te ontlasten. 

Milieubewuste vervoerskeuze
Door de nieuwsbrief van de provincie Utrecht werd ik geattendeerd op dit onderzoek. Ik klikte meteen door naar de betreffende webpagina, want ik vind het een belangrijk onderwerp. Al in 1972 besloot ik om selectief gebruik te maken van de beschikbare vervoersmiddelen en waar mogelijk altijd het minst belastende vervoer te kiezen. Daar heb ik me sindsdien eigenlijk altijd redelijk aan gehouden. Als ik ergens heen ga, kies ik van onderop uit de sporten van een ladder aan mogelijkheden: te voet, met de fiets, het openbaar vervoer of de auto. Op de vraag of ik genoeg beweeg, kan ik alleen op deze 'sporten' wijzen. De grenzen ertussen zijn weliswaar subjectief en hangen af van de omstandigheden, zoals het weer, haast en geld, maar altijd maak ik de keuze. Ik heb geen eigen auto, maar ik ben al zeker vijftien jaar lid van MyWheels (voorheen Wheels4All) en daarmee beschik ik over een wagenpark van honderden auto's door het hele land. Maar als je in fietsstad Houten woont, op een uurtje fietsen of tien minuten treinen van vervoersknooppunt Utrecht, dan heb je zelden een auto nodig. 

Cookies weigeren
Onderweg naar de enquête viel het mij op dat ik op de webpagina van de provincie Utrecht 'cookies' keurig kon weigeren - ik gaf direct mijn voorkeur aan zoals ik gewend ben -  maar toen ik doorklikte naar het onderzoek gaf het onderzoeksbureau deze keuze niet. Wel was er een algemene cookiewaarschuwing, maar geen keuze. Een waarschuwing en privacybeleid zijn wettelijk verplicht en daar voldeed de website keurig aan, maar het is gewenst en inmiddels ook gebruikelijk dat sitebezoekers een keuze krijgen om cookies expliciet te weigeren of te beperken, bijvoorbeeld tot alleen functionele of daarnaast ook analytische en marketingcookies. Een cookie is een stukje informatie dat door de website die je bezoekt op jouw computer wordt gezet en waarmee je internetgedrag gevolgd en geanalyseerd kan worden. Vaak worden deze gegevens gedeeld met adverteerders, zodat je advertenties krijgt te zien op basis van je surfgedrag. Op mijn dagelijkse boodschappenlijstje staan meestal geen sociale onderzoeken, maar het is wel een commercieel bureau dat namens de overheid 'anoniem' onderzoek doet, dus ik wil weten wat zij met mijn gegevens doen. Ik besloot daarom in eerste instantie de website weer te verlaten - daarmee aangevend dat ik niet akkoord ga met het plaatsen van cookies - en niet mee te doen aan het onderzoek. Een respons meer of minder zal niet zoveel uitmaken. Maar daarna bleek de website toch drie cookies te hebben geplaatst. Ik controleer dit regelmatig en al te hinderlijke volgers gooi ik er weer uit en soms schoon ik alle cookies op, maar dan moet ik weer een dag of wat bij al mijn onlineprogramma's inloggen. 

Omdat ik het inconsequent vind dat je voor een onderzoek van de provincie wel cookies kunt weigeren op de provinciale webpagina, maar niet op de commerciële webpagina waar die je heenleidt, besloot ik een mailtje te sturen naar de contactpersoon die op de webpagina van de provincie vermeld staat. De provincie reageerde snel en in mijn ogen adequaat.  De contactpersoon belde mij direct om te vragen wat ik precies bedoelde en stuurde de mail daarna door naar de privacy officer, die overlegde met het onderzoeksbureau. Vandaag ontving ik antwoord per e-mail. 

Alleen analytische cookies
De cookies die bij het onderzoek worden geplaatst zijn uitsluitend analytische cookies van Google Analytics, aldus de Provincie. Deze mogen zonder toestemming worden geplaatst, onder de volgende voorwaarden, die door het bureau zijn gevolgd: • er moet melding van worden gemaakt; • er moet een bewerkersovereenkomst met Google zijn afgesloten; • de IP-adressen mogen alleen geanonimiseerd worden geregistreerd; • functie user ID's is uitgeschakeld en • gegevens delen met Google is uitgezet. Het onderzoeksbureau neemt mijn melding serieus en gaat zo snel mogelijk de volgende aanpassingen doorvoeren: • het advies van Autoriteit Persoonsgegevens opvolgen om een opt-out mogelijkheid in te bouwen, zodat het plaatsen van de analytische cookies kan worden geweigerd; • in de cookie-melding vermelden dat een verwerkersovereenkomst is afgesloten met Google. Daarnaast kan iedereen gebruik maken van het recht op inzage, correctie of verwijdering van zijn gegevens. Als inzage wordt gevraagd in de aan een cookie gekoppelde gegevens, dan moet een kopie van het betreffende cookie worden meegezonden (terug te vinden in de instellingen van de webbrowser). 

De provincie stuurt mij daarbij enkele links naar informatie over de regels rond cookies: 
Enquête ingevuld
Inmiddels heb ik de enquête alsnog ingevuld. Hoewel ik het belang van dit onderzoek onderstreep, voelde ik mij wel wat een vreemde eend in de bijt. Voor zover ik werk heb, werk ik altijd al voornamelijk thuis en mijn woon-werkverkeer - van bed naar tafel en terug- wordt dus nauwelijks door de coronamaatregelen beïnvloed. Ook wil ik na het coronatijdperk niet 'milieubewuster' gaan leven. Liever wil ik méér gaan reizen (en ja ook openbaar vervoer en fietsen - en zelfs lopen en sporten - kosten energie en gaan dus ten koste van het milieu, zij het minder dan de auto). Mijn plan was om als ik in augustus 65 word voor half geld een NS Flex Vrij abonnement te nemen. Dan kan ik buiten de spits zoveel reizen als ik wil, zonder bijbetalen. Het is aannemelijk dat ik dit plan zal moeten uitstellen totdat we - ooit - weer aanbeland zijn in het 'oude normaal'. 

In de enquête zat ook een vraag waar ik niet uitkwam en die volgens mij niet klopte. Er werd gevraagd of ik voor een bepaalde reis ook voor een ander vervoersmiddel had kunnen kiezen. Mijn antwoord was in dit geval "nee", omdat ik voor de betreffende reis afhankelijk was van het openbaar vervoer. De eerste keuzeopties gaven verschillende variaties van afhankelijkheid van OV aan. De laatste keuze was het door mij gekozen antwoord "nee", maar daar was vreemdgenoeg aan toegevoegd: "ik ben niet afhankelijk van het openbaar vervoer". 

Kon u voor uw reis ook een ander vervoersmiddel kiezen? Nee, ik ben niet afhankelijk van het openbaar vervoer. Een geval van dubbele ontkenning. Naar mijn mening is deze vraag onbruikbaar voor de resultaten van het onderzoek, maar hopelijk levert de rest interessante informatie op. 

Je vindt het onderzoek hier

Europa trekt strepen in het zand

De voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen heeft zich zondag 10 mei stevig uitgesproken over de uitspraak van het Duitse Constitutioneel Hof van 5 mei over het opkoopprogramma van de Europese Centrale Bank. Zij verwijst naar de "heldere verklaring" van het Europese Hof van Justitie op 8 mei en benadrukt drie basisprincipes: het Europese montaire beleid is een exclusieve competentie, Europese wetgeving gaat boven nationale wetgeving en uitspraken van het Europese Hof van Justitie zijn bindend voor nationale rechters. Het laatste woord over de wetgeving van de EU wordt in Luxemburg gesproken en nergens anders. 

De verklaring van de commissievoorzitter is niet alleen gericht op Duitsland. Achter Duitsland ligt Polen, weten ze in Brussel. Polen en ook Hongarije voelden zich door de Duitse rechters al aangemoedigd om zich langzaamaan verder los te zingen van het Europese recht. 

 
Zie mijn blogs
met link naar uitspraak Duitse Constitutioneel Hof
met link naar de persverklaring van het EU-Hof
 

zondag 10 mei 2020

Zelfscan

Google Photos, de app waarmee ik een groot deel van m'n foto's heb opgeslagen, komt zo nu en dan met een bijzondere herinnering uit het verleden. Het algoritme van Google (de moderne versie van Psalm 139: "Gij kent mij beter dan ik mijzelf ooit ken") bepaalt wat ik bijzonder vind. Het alomvattend algoritme kent het ritme van mijn hart. Vanmorgen kwam de Alwetendheid met een collage van mijn bezoek aan Albert Heijn op 10 mei 2013, zeven jaar geleden. Kennelijk een historische gebeurtenis in mijn leven. Ik moest er om glimlachen, want wat kan er nou zo bijzonder zijn aan het doen van de dagelijkse boodschappen bij Albert Heijn? (Of  zoals een vriendin van mij altijd zegt, de Albur Tijn). Het is zeker historisch in de zin dat ik tegenwoordig, sinds ik aan de bedelstaf geraakt ben, mijn boodschappen meestal doe bij de naastgelegen goedkopere Hoogvliet. Toen ik doorklikte op de collage, zag ik dat ik indertijd een heel album heb gewijd aan mijn winkelbezoek. Kennelijk vond ik het toch bijzonder. Toen had ik een AH Erlebnis. Ineens herinnerde ik mij weer dat ik in die tijd, als een soort 'running gag', supermarktfoto's uitwisselde met de toen tienjarige Islica en zijn moeder Isata in Sierra Leone. Hoe dat begonnen is, weet ik niet meer. Ik meen met een gesprek over het zelf scannen, toch wel een bijzonder fenomeen. De collage en dit blogje zijn ook een soort zelfscan. De jonge man stelt mij vaak vragen over Nederland en onlangs nog heb ik met hem gechat over de vroege geschiedenis van Nederland en het belang van de Rijn, die traag stromend door het laagland met het sediment uit de Zwitserse Alpen ons de grond onder onze voeten heeft gegeven. Maar toen ging het dus over de dagelijkse boodschappen. Ik herinner me dat ik bedrijfsleider Peter gevraagd heb of ik foto's in de winkel mocht maken. Het leek me wel zo netjes om te vragen. Mijn broer Johan werd ooit streng door een bedrijfsleider aangesproken toen hij in een supermarkt een tijdlang bezig was met het noteren van prijzen in een van de opschrijfboekjes die hij altijd bij zich droeg en waar ik er tien jaar na zijn overlijden nog steeds een doos vol van op zolder heb staan. De bedrijfsleider dacht dat hij werkte voor de concurrent, maar mijn broer - precies als hij was - vond het gewoon handig om thuis bij het maken van zijn boodschappenlijstjes al te weten hoeveel hij uit moest geven. Maar Meneer Peter (ik mag Meneer zeggen) vond het goed dat ik foto's maakte en toen ik hem vertelde over de interesse van mijn tienjarige Afrikaanse vriend kwam hij zelf ook nog met een foto aanzetten, van een bezoek van Ernie en Bert aan de winkel. Daarna vroeg de bedrijfsleider als hij mij in de winkel zag lopen nog regelmatig hoe het ging met mijn verre vriend. Ken uw klanten. Het ging de familie in Freetown trouwens redelijk goed, maar de omstandigheden zijn er niet gemakkelijker op geworden nadat op de eerste dag van 2016 plotseling de moeder overleed. Als ik sta af te rekenen bij de zelfscankassa denk ik vaak even aan Islica en zijn moeder, terwijl ik op mijn bonnetje wacht. 

Foto winkelschappen en koffiedrinkende Ytzen in de Albert Heijn

zaterdag 9 mei 2020

Broze vrede

Net als vorige jaren heb ik vandaag de vlag uitgehangen. Op 4 mei gedenk ik de oorlog, 5 mei de bevrijding en 9 mei de vrede.

De Dag van Europa gaat terug op de Schumanverklaring. Precies vijf jaar na het einde van de oorlog, op 9 mei 1950, legde de Franse minister van buitenlandse zaken Robert Schuman een verklaring af, waarin hij voorstelde de gehele Franse en Duitse kolen- en staalproductie onder één Hoge Autoriteit te plaatsen, waar alle andere Europese landen zich bij aan zouden kunnen sluiten. Deze samenwerking zou een nieuwe oorlog tussen de beide aartsvijanden materieel onmogelijk maken.

De gemeenschappelijke productie zal volgens de verklaring ter beschikking staan van de gehele wereld, ook aan de ontwikkeling van Afrika, zonder onderscheid of uitsluiting, ter verhoging van de levensstandaard en bevordering van de vrede.

De Europese vlag, een cirkel van gouden sterren, staat symbool voor de onderlinge verbondenheid tussen de landen in Europa. Het aantal sterren heeft, anders dan de Amerikaanse vlag, niets te maken met het aantal lidstaten.

De vlag is net zo oud als ik zelf en werd in 1955 ingevoerd door de Raad van Europa. De Raad van Europa is op 5 mei 1949 opgericht in Londen, geïnspireerd door een toespraak van Winston Churchill in 1946, waarin hij een Verenigde Staten van Europa voorstelde. Van dat plan kwam niets terecht door de Koude Oorlog. Pas na de Val van de Muur kwam er een broze vrede tot stand tussen Oost en West. Inmiddels zijn 47, vrijwel alle, Europese landen lid van de Raad van Europa. De EU is waarnemend lid.

De landen in dit samenwerkingsverband sloten een reeks aan verdragen op veel deelgebieden, waarvan het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) het bekendste is. 

In 1985 nam de Europese Gemeenschap, nu de EU, deze vlag over als symbool van de gemeenschap. De Raad van Europa of Conseil de l'Europe gebruikt de vlag ook nog steeds, maar dan meestal met daarin een logo, gebaseerd op de letters CE van Conseil de l'Europe of Counsel of Europe. In alle gevallen staat de vlag voor de samenwerking en vrede tussen de Europese landen. 

Het is een broze vrede, die helemaal niet zo vanzelfsprekend is en waar steeds weer aan gewerkt moet worden. 

Schumanverklaring
https://europa.eu/european-union/about-eu/symbols/europe-day/schuman-declaration_nl

vrijdag 8 mei 2020

Luxemburg tikt Karlsruhe op de vingers

Dinsdag 5 mei deed het Duitse Constitutioneel Hof (Bundesverfassungsgericht, BVG) een uitspraak over het opkoopprogramma van de Europese Centrale Bank (ECB). Volgens het BVG gaat de ECB met het grootschalig opkoopprogramma van staatsleningen over de grenzen van zijn bevoegdheid ('ultra vires'). Het Constitutioneel Hof draagt de Bundesbank op zich hiertegen te verzetten in het ECB-bestuur en de Duitse overheid moet de belangen in het oog houden. Lees hierover mijn blog van 5 mei (1) met een link naar de uitspraak. 

Vandaag komt het Hof van Justitie van de Europese Unie in Luxemburg (kortweg EU-Hof) in een persverklaring (2) met een reactie. Het EU-Hof laat zich niet inhoudelijk uit over het Duitse vonnis, maar herinnert er fijntjes aan dat in het Europese recht uitspraken van het EU-Hof bindend zijn voor de nationale rechters. Het EU-Hof heeft als enige de bevoegdheid om vast te stellen of een handeling van een EU-instelling in strijd is met het Unierecht. Daar is dit Hof speciaal voor opgericht door de lidstaten. Verschillen van inzicht tussen de rechterlijke instanties van de lidstaten zou de eenheid van de rechtsorde in de Unie in gevaar kunnen brengen en afbreuk doen aan de rechtszekerheid. Nationale rechters zijn verplicht om de volle werking van het Unierecht te waarborgen. 

Luxemburg deelt hier een flinke tik uit aan Karlsruhe. Persbureau Bloomberg spreekt zelfs van een oorlogsverklaring (3) en terugslaan (4).  Maar ondanks de duidelijke taal is de betekenis ervan mij niet goed duidelijk. Er staan hier kennelijk twee rechtsopvattingen tegenover elkaar, maar daartussen wordt nu niets beslecht. De persverklaring is geen rechterlijke uitspraak, als in een beroepszaak, en spreekt zich ook niet concreet uit over het Duitse 'vonnis'. De Duitse uitspraak staat dus nog gewoon overeind. De rechters in Karlruhe spraken ook geen vonnis uit over de Europese bank of andere Europese instellingen, maar hebben de Duitse instanties opgedragen om het beleid van de Europese bank te controleren. 

In mijn blog van 5 mei citeerde ik de jurist Niels Graaf, die onlangs in het Nederlands Juristenblad (NJB) uitlegde dat in Nederland het Europese recht rechtstreeks doorwerkt in het Nederlandse recht. Als je de EU zou opnemen in de grondwet, zoals D66 wil, dan zou je Europa in feite juist een stapje lager op de juridische ladder zetten. Nederlandse rechters kunnen wetten niet toetsen aan de grondwet, wij kennen ook geen constitutioneel hof, maar juist via de band van het Europese recht doen Nederlandse rechters meer dan voorheen aan grondwettelijke toetsing. Let op, ik ben geen jurist, maar probeer te formuleren wat ik ervan begrijp. Het Europese recht wordt trouwens niet alleen in Luxemburg vastgesteld, bij het Hof van Justitie van de Europese Unie, maar ook in Straatsburg door het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM), dat geen instelling is van de EU maar van de Raad van Europa, waar zo'n 50 landen lid van zijn, dus veel meer dan de EU. 


(1) Styloblog 5-5-20 Europese Bank botst met Duitse grondwet

(2) Persverklaring Hof van Justitie van de EU 8-5-20 (Ned., PDF 1p)

--> zie hier alle persberichten van het EU-Hof

(3) Bloomberg 5-5-20 EU Court Faces ‘Declaration of War’ From German Top Judges

(4) Bloomberg 8-5-20 EU Top Court Hits Back After German Judges’ ‘Declaration of War’




woensdag 6 mei 2020

Verloren

Uit de kast
Het lot wijst een boek, bladzijde, zin en woord uit de kast
van Ytzen Lont

Pim Fortuyn is dood. 

Het is maandagavond 6 mei 2002. Vandaag achttien jaar geleden. 

Mijn moeder en ik zijn die maandagmiddag aangekomen in het Friese IJlst voor een weekje in onze caravan aan het water. De week van Hemelvaart. Het avondlicht strijkt over het water van de Geeuw. We hebben ons net geïnstalleerd, de koffie is gezet en we zitten klaar voor het journaal. Dan is er die omroepstem van Nederland 1, net voor de reclame: "Het programma wordt aangepast vanwege de aanslag op Fortuyn". Mijn moeder en ik kijken elkaar verbaasd aan. We weten van niets. Weer een taartgooier? Dan boinkt het journaal ons vakantiehuisje binnen. 

Pim Fortuyn is dood. 

Het lot
Deze week wil ik een oud idee weer oppakken. Een blog schrijven over een willekeurige, door het lot aangewezen tekst uit mijn archief of boekenkast. Gedreven door een rondwarend virus ben ik fanatiek begonnen mijn zolder op te ruimen. Als mijn nabestaanden de rommel achter mij moeten opruimen, dan moeten ze er op z'n minst bij kunnen. Een vriendin heeft mij op Bevrijdingsdag een cijferreeks gestuurd waarmee ik langs de stellingkasten ben gelopen. Stelling 2, kast 3, plank 6. Haar lotnummer leidt mij naar een tijdschriftbox die nog geen plek gevonden heeft. Kamerverkiezingen 2002. De cijfers sturen mij verder. Stof dwarrelt op en mijn adem stokt, als ik blader door het mapje Fortuyn vermoord. Uiteindelijk brengt het lot mij bij de Volkskrant van 7 mei 2002, de ochtend na de moord. Ik tel door naar regel 6 derde woord: "... onschuld heeft verloren". Zo heeft het lot beslist.

In drie minuten schrijf ik uit het hoofd drie vellen papier vol met associaties en herinneringen bij dit nieuws. Dit kan geen kort blogje worden en het móet vandaag geschreven worden. Het is chaos in m'n bovenkamer. Juist deze ene krant. Je kunt me midden in de nacht wakker maken en ik weet hoe deze voorpagina er uit ziet. Juist vandaag, 18 jaar na de moord. Die actueel blijft. Afgelopen week heb ik het bericht opgeslagen dat de moordenaar na 18 jaar definitief vrij is. Hij kreeg 18 jaar met aftrek van voorarrest. Mede naar aanleiding van dit vonnis is het maximum voor moord in Nederland verhoogd van 20 naar 30 jaar. Ik geloof niet dat zwaarder straffen helpt om misdaad uit te bannen. Maar ik heb nu wel voor het eerst ervaren hoe kort zo'n straf aanvoelt als je de mens kent die is omgebracht.  

Volkskrant 7 mei 2002 Fortuyn vermoord

Omstreden foto
Die voorpagina. Een grote foto over de volle breedte. Op de grond een dode man in keurig pak. Het lijkbleke gezicht, het bloeddoorlopen wondverband. De mond half open, de handen in plastic zakken verpakt. Deze onbeschaamde foto en fotograaf Robin Utrecht die stiekem over het hek van het afgesloten mediapark geklommen was, dit ging toch alle fatsoensnormen te buiten. En toch: dit en niets anders was het nieuws. Pim Fortuyn is dood. Als ik de hoofdredacteur was geweest, zou ik waarschijnlijk ook over mijn eigen grenzen zijn heengestapt. Want wat kan je op zo'n moment anders dan dit nieuwsbeeld brengen? 

Mijn eigen normen zijn met de tijd ook verschoven, al heb ik er nog wel een paar expliciete opvattingen over. Toen mijn vader overleed in 2001 heb ik met trillende handen stiekem een foto gemaakt van zijn lichaam in de kist. Ik schaamde mij er voor en heb het niemand verteld. Een dode fotografeer je niet. Hij is machteloos, kan niet weigeren, zich niet verweren, je doet er alles aan om zijn of haar waardigheid te beschermen. Dat is ook één van mijn bezwaren tegen cameratoezicht. Het is eenzijdig. De eerste bussen met camera liet ik aan mij voorbijgaan en nog niet zo lang geleden ben ik van dokterspraktijk veranderd omdat het menselijk oog daar was vervangen door een eenzijdige camera. Kijken naar een ander hoort wederkerig te zijn. Je kijkt elkaar aan. Ogen zijn de spiegel van de ziel. Je ziet hoe iemand reageert en je handelt daarnaar. Als kind al leren we om niet te staren maar na korte tijd bescheiden weg te kijken. Normen schuiven. Toen mijn moeder in 2012 overleed heb ik, in overleg met mijn familie, zonder al te veel aarzelen een paar foto's gemaakt. Het voelde respectvol in plaats van een inbreuk op haar waardigheid. Mijn aarzeling betrof wel het willen vasthouden van wat losgelaten moet worden. 

Schokkende beelden 
Vroeger werden in de media nooit doden getoond, nu steeds meer. Het nieuws mag getoond worden, maar als ik de baas zou zijn van het Journaal dan had ik wel een paar strikte instructies. Eén daarvan: gebruik gruwelijk nieuws niet in promo's of als 'logo' of beeldvullende achtergrondfoto, blijf het ook niet eindeloos herhalen. Het is te vergelijken met 'functioneel naakt' in speelfilms. Die moord, die aanslag, dat ongeluk mag getoond worden als het nodig is om het nieuws te brengen. Maar blijf het beeld - en de mensen die het betreft - met respect en zelfs 'taboe' behandelen, iets waar je eigenlijk niet aan mag komen, in een besef van kostbaarheid en kwetsbaarheid. Het gaat hier om respect; in hoeverre je "beelden die als schokkend kunnen worden ervaren" kunt tonen, is weer een andere kwestie. De foto van het lichaam van Pim Fortuyn vind ik ook vandaag nog schokkend, omdat ik het gevoel heb dat ik hem kende, al heb ik hem nooit ontmoet. Ik herinner mij andere schokkende beelden. Bijvoorbeeld een lynching van Engelse soldaten in Noord-Ierland, ook al was het geweld niet te zien. Waarom zo schokkend? Omdat we de twee mannen eerst in levende lijve zien, zich vastlopend in een woedende menigte. In een kort ogenblik leren we hen kennen en we hopen dat het goed afloopt. Dan even is er niks en daarna liggen ze daar dood. De politieagent die op wacht staat tijdens de aanslag op Charlie Hebdo in Parijs, die zich verweert met zijn arm: het dodelijke schot is er uitgeknipt, maar niet het schot is het schokkendst, maar dat afwerende gebaar. 

Over de dood van Pim Fortuyn ben ik nog steeds geschokt. Een mensenleven is wreed afgebroken. Op dezelfde voorpagina lees ik over het radiointerview net voor zijn dood: <<Fortuyn reageerde heel erg sprankelend>> en: <<Ruud de Wild vroeg hem: Hoe oud wil je worden? Fortuyn zei: 'Toen ik 14 was, wilde ik altijd 87 worden. En dat wil ik nog steeds.'>> 

Politiek stond ik niet aan zijn kant, integendeel, ik vond zijn opkomst zorgelijk en heb er ooit wakker van gelegen. Zijn columns in Elsevier gaven stof tot nadenken. Zelden was ik het met hem eens, maar een columnist mag ver gaan. Zijn idee dat ons leger Suriname moest binnenvallen, nou, dat kan de gedachten scherpen. Dat hij premier van Nederland wilde worden, leek mij een leuke stijlfiguur. Net zoals ik mij hierboven even voorstelde dat ik de baas zou zijn van het Journaal. Maar ik begon ongerust te worden, toen het langzaam tot mij doordrong dat het geen stijlfiguur was. 

Kogel van links
In de krant van 7 mei zijn al veel typeringen te lezen die we later nog vaak zullen horen. We zullen doorgaan "in de geest van Pim" wordt er gezegd en "de kogel kwam van links". Dat laatste is zowel een open deur als een mythe. Een open deur omdat als een 'rechts' iemand aangevallen wordt, de dader uiteraard 'links' gezocht moet worden. Een mythe omdat de harde kritiek van linkse politici niet de deur opent naar geweld. De moordenaar zal eerder door het lezen van Elsevier gemotiveerd zijn dan door het luisteren naar Rosenmöller. Toch moeten we op onze woorden passen, 'tegenstanders' altijd met respect bejegenen, niet op de man spelen. Dat is het verwarrende: er werd lelijk over Fortuyn gesproken, te lelijk, maar hij effende ook de weg waarop het gewoon geworden is dat er lelijk gesproken kan worden over anderen. Het begint met woorden, zei Arnon Grunberg eergisteren - 4 mei 2020 - bij de nationale Dodenherdenking in Amsterdam. 

Elite en volk
Nadat mijn moeder en ik die maandagavond in de caravan lange tijd verdwaasd naar het nieuws hadden zitten kijken, ben ik tegen de schemering naar buiten gegaan om even uit te waaien tijdens een wandeling over het grindpad langs de Geeuw. Toen mijn gedachten waren bezonken en ik terugging naar mijn moeder, besefte ik dat we in een andere wereld waren beland. Nederland zou nooit meer hetzelfde zijn. In Den Haag was een begrijpelijke maar beangstigende revolutie uitgebroken, die uiteindelijk gelukkig beperkt bleek te blijven tot één brandje in een parkeergarage. De ervaren en doorgewinterde politicus minister Klaas de Vries stond trillend met een papiertje in de hand alsof hij zijn eerst spreekbeurt moest houden de pers te woord. Zelden heb ik hem zo authentiek gezien. Bang, geschokt. Die avond besefte ik dat ik tot de 'elite' behoor en dat gevoel heb ik nog steeds, al heb ik geen idee wat dat inhoudt. Ik ben de zoon van een boerendochter en een bakkerszoon die timmerman werd, ik heb mavo en typen en van mijn opleiding nooit hoogst genoten. Toch behoor ik niet tot het volk maar de elite. Niet zozeer omdat ik geen fan ben van Mieke Telkamp of de Zangeres zonder Naam, maar omdat ik mij thuisvoel bij de Oude Politiek. Een politiek van vertegenwoordiging, afweging en redelijkheid. Respect voor de rechtstaat en instituties. Ik had meer vertrouwen in een stijve Klaas de Vries dan een sprankelende Pim Fortuyn. Tot 6 mei 2002 kon ik mijzelf misschien nog progressief noemen. Vanaf die dag was ik in één klap conservatief (dus "links"). Intussen voelt het volk zich een paar rechtse partijen en omroepen later nog steeds ongehoord, ook al interviewt het NOS Journaal nu iedereen op straat die toevallig een sirene heeft gehoord als er ergens een ongeluk is gebeurd. Dit is me het meest bijgebleven van de Fortuynisten en nu weer van de Trumpianen: dat verongelijkte gevoel van niet gehoord te worden. En misschien hebben ze daarin gelijk (maar misschien ook niet). 

Lost innocence, nonsense
De journalist Ian Burama maakte een week na de dood van Fortuyn korte metten met het idee van verloren onschuld. Ik tref het artikel aan in dezelfde map. Onder de kop What Pim en Diana had in common schreef hij op 14 mei 2002 in de Guardian: "Talk about the lost innocence of Dutch democracy, much aired in the Dutch press, is surely nonsense. When was Dutch democracy ever innocent anyway?" Hij concludeert: "This, then, is why Fortuyn and other telegenic populists, of whom we will probably see many more, score. They have no answers to our most pressing problems either, but at least they raise them in a way people can understand. Like Princess Diana, they manage to embody a multitude of often conflicting discontents".

Al ben ik geen Fortuynist, ik voelde me ook verloren en verdrietig - en nog wel - om deze man die zijn leven heeft verloren. 





Raad van State blokkeert plannen Radio Kootwijk

De herontwikkeling van het voormalige zendercomplex Radio Kootwijk op de Veluwe kan niet doorgaan. De natuurvergunning van het college van gedeputeerde staten van Gelderland is voor het grootste deel vernietigd vanwege de gevolgen voor de natuur. Dat blijkt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van vandaag (6 mei 2020). Stichting Werkgroep Milieuzorg Apeldoorn was tegen de natuurvergunning in beroep gekomen en krijgt dus gelijk.

Bron: Persbericht Raad van State 6-5-2020

https://www.raadvanstate.nl/actueel/nieuws/@121025/natuurvergunning-radio-kootwijk/

dinsdag 5 mei 2020

Dodenherdenking

Rond de Meidagen wisselenden mijn oude vriend Andreas (hij is wel vijf maanden ouder dan ik), zoals wel vaker, per e-mail wat persoonlijke gedachten en ervaringen uit. Andreas woonde in 1983 voor zijn promotie-onderzoek een jaar als kamerhuurder bij mijn vriendin en mij in Utrecht. Hij komt uit Hamburg, is opgegroeid in Brussel en woont in München. Hij spreekt uitstekend Nederlands en is vertaler van onder andere Amerikaanse en Nederlandse romans naar het Duits. Vanwege een reactie van hem 'parkeer' ik hieronder enkele fragmenten van wat ik aan hem en eerder aan een vriendin chreef, zodat ik deze gedachten later weer terug kan vinden. Zelfarchivatie. 

Andreas vertelde me dat hij op 5 mei de uitzending van de Dodenherdenking terug had gekeken en dat hij onder de indruk was van de toespraken van Arnon Grunberg en koning Willem-Alexander. 

Mijn reactie. Ja, ik was ook onder de indruk. Ik zette maandagavond om half acht de televisie aan en viel midden in de toespraak van Arnon Grunberg, het begin heb ik gemist. Ik was onder de indruk van de gruwelijke verhalen die hij als voorbeeld nam, maar ook toen hij de antisemitische reacties die hij ontvangt, verbond met wat Marokkanen naar hun hoofd krijgen gesmeten. Na zes jaar loopt nog steeds de rechtszaak tegen een niet nader te noemen kamerlid, die in een verkiezingstoespraak zijn toehoorders toeriep: "Willen jullie meer of minder Marokkanen?" en als het publiek - aangemoedigd door secondanten op het podium - scandeert "Minder, minder, minder!" zegt "Dat gaan we regelen". Eerder deze 4 mei dacht ik nog: hoe heeft het zover kunnen komen in ons land in deze tijd? Hoe intens verdrietig en kwaadwillend. Grunberg: "Het begint met woorden".

Ook de woorden van koning Willem-Alexander vond ik indrukwekkend en zijn toespraak heeft positieve reacties gekregen, zeker de subtiele en persoonlijke zinsnede over zijn overgrootmoeder koningin Wilhelmina. Ook vanuit de Joodse gemeenschap. Hij stond daar op het lege plein, volwassen en authentiek. Er deed zich iets merkwaardigs voor. Op een gegeven moment dacht ik in mijn woonkamer hardop "ja, en mijn overgrootmoeder dan?" en even later sprak hij letterlijk over zijn "overgrootmoeder". Het leek alsof ik een voorspellende gave had, maar de tijd was denk ik gewoon rijp voor zo'n uitspraak. Vanuit nationalistisch perspectief was en is koningin Wilhelmina een standvastige held die haar volk bemoedigde in een moeilijke tijd, maar vanuit de Joodse gemeenschap gezien heeft ze verzaakt door maar enkele keren de jodenvervolging te noemen en er zijn ook mensen die haar vertrek naar Engeland als verraad beschouwen. Door dit te benoemen zonder te veroordelen 'ontzenuwde' hij een gevoelige zenuw. 

Laat ik hier kopiëren wat ik afgelopen maandagmiddag 4 mei aan een vriendin schreef: 

<< Hoewel ik dus (zoals altijd al) heel erg met het verleden bezig ben, ben ik er de laatste jaren meer dan ooit van losgezongen. Het is te ver weg. Ouders. Oorlog. Vier mei was voor mij altijd de heiligste dag van het jaar, nog wel, maar het is afstandelijker. Meer verlegenheid ook. Meer vrije val dan het pad bewandelen. Ik vlag nog wel als ik kan. Op 4 mei gedenk ik de oorlog, 5 mei de bevrijding en 9 mei de vrede. Dan hang ik altijd de Europese vlag uit. Als ik weer eens iemand een 'rondleiding' geef in de Utrechtse binnenstad en door de Keizerstraat loop, waar ik woonde naast de universiteitsbibliotheek (ingang Kloksteeg), dan laat ik wel eens raden wat mijn woning was. Hint: een klein voorwerp aan de dakgoot naast het balkon. Het is de enige woning met een vlaggenstandaard. De mijne. 

De twee minuten stilte zijn voor mij een eeuwigheid van verwarring en reddeloosheid door de heftigheid en zinloosheid van de oorlog. In feite is het een - als kind al door de ernst van het moment ongemerkt ontwikkelde - trance. Dat ontdekte ik dankzij de Damschreeuwer in 2010 (*). Ik volgde de Dodenherdenking op de televisie en herinner me hoe ik verbaasd opkeek toen ik de schreeuw hoorde en ik het begin van het weggolven van het publiek zag, vanuit een totaalshot vanaf het paleis. Ik schrok en vroeg mij af wat er aan de hand was, maar ook hoe ver we in de tijd waren. Naar mijn gevoel was ik urenlang weggeweest. Door die schreeuw ontdekte ik dat voor mij de tijd dan écht stil staat. Dat is frappant, want ik leerde van de twee minuten stilte op school door een boekje met uitleg en tekeningen voor kinderen, waarin een agent op 4 mei voor de tram gaat staan, het verkeer stilzet en gaat salueren, "de tijd stond even stil". Dat maakte grote indruk op mij en dat is voor mij de essentie van 4 mei. >>

Het vlaggen, de stilte. Maar hoe we moeten reageren op het Wilderianisme, Alternativisme, Trumpisme en hoe je het maar noemen wilt (kreten uit het verleden voldoen niet meer), ik heb geen idee! Ook mensen die ons niet aanstaan, zullen we met respect moeten blijven benaderen, want haat - of onbenul - met haat beantwoorden helpt niet en laat de verdwaalde mensen in de kou staan. 

(*) De Damschreeuwer 4-5-2010 zie You Tube.

Europese Bank botst met Duitse grondwet

Het Duitse Constitutioneel Hof heeft vandaag, 5 mei, uitgesproken dat de Europese Centrale Bank met het grootschalige opkoopprogramma van staatsleningen gedeeltelijk buiten zijn boekje is gegaan. Het Hof draagt de Bundesbank op om zich hiertegen te verzetten. De Duitse regering en de bondsdag hadden er op moeten letten of het Europese opkoopprogramma wel in verhouding staat tot het doel en ze moeten de gevolgen voor Duitsland beperken. Overigens zegt het Hof niet te kunnen vaststellen of het opkoopprogramma daadwerkelijk in strijd is met het verbod op monetaire begrotingsfinanciering. Ook spreekt het Hof zich niet uit over de huidige maatregelen van de Europese Centrale Bank die samenhangen met de coronacrisis.

De uitspraak betreft met name de opkoopprogramma's van 1 januari 2019 en 1 november 2019. Daarmee gaat de centrale bank mogelijk verder dan het mandaat toestaat, in juridische termen: "ultra vires" (buiten zijn bevoegdheid). Duitse instellingen, zoals regering, parlement, ambtenaren en gerechtshoven, mogen niet meewerken aan het totstandkomen of uitvoeren van besluiten die buiten de bevoegdheid van het orgaan vallen. Het Hof verbiedt de Bundesbank om in het bestuur van de ECB mee te werken aan het besluit, tenzij de ECB in een nieuw besluit controleerbaar aantoont dat het monetaire doel [stabiele euro] in verhouding staat tot de economische en fiscale uitwerking. De Bundesbank moet er ook voor zorgdragen dat de staatsleningen te zijner tijd weer worden afgestoten.

Europees recht en de grondwet

Duitsland kent, in tegenstelling tot Nederland, een constitutioneel hof, het Bundesverfassungsgericht in Karlsruhe. Elke rechthebbende Duitse burger, maar ook de overheidsinstellingen zelf, tot de president aan toe, kunnen wetten en overheidsbesluiten laten toetsen aan de grondwet. Er is nog een ander verschil tussen Nederland en Duitsland. "In Nederland is er niet alleen sprake van voorrang, maar ook van een hïerarchische onderschikking aan het Europese recht", aldus Niels Graaf in een recent artikel in het Nederlands Juristenblad (NJB). Mr. N.A. Graaf is promovendus rechterlijke cultuur aan de Universiteit Utrecht. Het is niet zo dat regering, parlement en rechtspraak niets te zeggen hebben over Europese besluiten of dat besluiten niet bestreden kunnen worden, maar rechtmatig genomen besluiten vallen 'automatisch' binnen het Nederlandse grondwettelijk recht.

D66 wil het lidmaatschap van de Europese Unie vastleggen in de Nederlandse grondwet en verwijst daarbij onder andere naar Duitsland. Niels Graaf schrijft daarover: "Het merkwaardige feit doet zich voor dat het Duitse ‘Artikel 23’ niet alleen het EU-lidmaatschap legitimeert, maar ook de werking en voorrang van het EU-recht faciliteert. Ook in Frankrijk leeft het idee dat het Europese recht functioneert op grond van het Franse constitutionele recht." Er schuilt dus een paradox in het idee van D66 om de EU op te nemen in de grondwet: het leidt tot een beperking van de autonomie van het Europese recht. Niels Graaf: "Volgens de Duitse doctrine – in tegenstelling tot de heersende Nederlandse leer – wordt de voorrang van het EU-recht verleend bij gratie van het Duitse Grundgesetz. Het Duitse Constitutionele Hof laat daar geen misverstand over bestaan. De Duitse Grondwet staat aan de top van de hiërarchie. Het Europese recht zweeft daar onder; net boven normale Duitse wetgeving."

Het Duitse Constitutioneel Hof kan via de Duitse grondwet dus uitspraken doen over Europese besluiten die het Duitse recht raken. Maar het Hof doet dit ook niet onbeperkt. Zolang de EU een gelijkwaardige grondwettelijke bescherming biedt als de Duitse constitutie, laat 'Karlsruhe' het - net als in Nederland - aan 'Europa' over.

Bronnen:

(1) Beschlüsse der EZB zum Staatsanleihekaufprogramm kompetenzwidrig
Pressemitteilung Nr. 32/2020 vom 5. Mai 2020

Urteil vom 05. Mai 2020
2 BvR 859/15, 2 BvR 980/16, 2 BvR 2006/15, 2 BvR 1651/15

(2) Averechtse rechtsvergelijkingen
NJB 2020/633 afl. 10, 13 maart 2020, Niels Graaf

zondag 3 mei 2020

Prison fire in Freetown

My housemate told me about a prison fire in Sierra Leone that happened a few days ago. I searched for the news and read that five inmates and two guards were killed in the fire (*). The fire was caused by inmates during riots and a possible attempt to escape. The protests started after cases of the coronavirus were reported inside the prison. President Bio had announced on Independence Day, April 27, that a number of prisoners would be released as part of the health measures, but in the following days no such releases had taken place yet. The Pademba Road prison in the Sierra Leonean capital Freetown is the most well known prison of the country. It was built in 1914 by the British for 300 prisoners but now houses as much as 1000 inmates. The infamous prison also played an important role during the civil war in the 1990's up to 2002. I have seen the prison - from the outside that is - during my visit of Sierra Leone in 2014. So when my housemate told me about a prison fire in Freetown I immediately mentioned the Pademba Road prison.

We discussed that whatever crime the prisoners are in for, the government is responsible for their well being. On the other hand we talked about the stupidity of starting a fire while you are locked up, leading to such dramatic results. I was reminded of a fire in the prison cells at Schiphol airport years ago, which was caused accidentally by a smoking prisoner in one cell but developed rapidly into an inferno, leaving 11 prisoners dead, as the guards left the door of the burning cell open. The victims weren't criminals but illegal foreigners awaiting deportation to their home country. I wrote a blog (**) (in Dutch, 20-09-2006, 'Schipholbrand') about the government's responsibility.

Back to Sierra Leone. The country is trying to keep the coronavirus out, having experienced the dramatic ebola epidemic in 2014/15 that kept the country, especially all schools and universities, in a lockdown for almost a year. Apart from the loss of lives, it struck the poor country very hard economically. Until now the registered number of deaths due to the coronavirus is four, far less than in Europe and the United States. Hopefully the virus will go away before it can do much more harm. It's painful that the prison fire caused more 'corona-related' deaths than the virus itself so far.

* News sources:
https://www.switsalone.com/36459_sierra-leone-prisoners-set-prison-on-fire-in-order-to-escape/

https://www.google.com/amp/s/www.africanews.com/amp/2020/04/30/7-killed-in-sierra-leone-prison-riot/


** Styloblog:
http://blog.stylo.nl/2006/09/schipholbrand_20.html