Persbericht ANBO 25 februari 2020
Stijging gemeentelijke belastingen: 2e aanslag koopkracht senioren in één week
Vorige week werd bekend dat de waterschapsheffingen in 2020 gemiddeld 4,6 procent hoger zullen zijn dan in 2019. En nu blijkt dat de gemeentelijke heffingen ook met ruim 5 procent omhoog gaan. ANBO vindt beide verhogingen onredelijk, want het betekent een verslechtering van het besteedbaar inkomen van senioren.
Onduidelijk waar geld aan besteed wordt
Bij de
waterschapsheffingen is het duidelijk waar het geld aan wordt besteed. Namelijk het beheren van waterkeringen en waterlopen, maar ook de werking van de zuiveringsinstallaties. Dat is bij gemeentelijke belastingen niet het geval. Sterker nog, gemeenten gebruiken de opbrengst van ozb als sluitpost van hun begroting. “In gewoon Nederlands: het geld dat met de ozb wordt binnengehaald, gebruiken gemeenten voor hele andere zaken,” stelt Liane den Haan, directeur-bestuurder van ANBO. “Huiseigenaren zien zelf niet veel terug van de opbrengst.”
Aantasting koopkracht ouderen
Mensen betalen de waterschapslasten en de gemeentelijke heffingen uit hun netto-inkomen. Den Haan: “Dat betekent dus een forse aanslag op het besteedbare inkomen van ouderen. Het kabinet heeft voor het eerst sinds de crisis van 2008 maatregelen genomen om de koopkracht enigszins te verbeteren. Maar als dat via de achterdeur van de gemeenten en waterschappen wordt afgeroomd, zijn we weer terug bij af. Een slechte zaak.”
ANBO herhaalt in dit kader het standpunt dat lokale en regionale heffingen en belastingen de koopkracht van burgers behoorlijk kan beïnvloeden. Liane den Haan: “Koopkrachtbeleid is de verantwoordelijkheid van de landelijke overheid, niet van de lokale of regionale overheden. Als op dat niveau maatregelen worden genomen die een rechtstreekse invloed op de koopkracht heeft, moet de landelijke overheid ingrijpen.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten