woensdag 3 maart 2021

Marshmellows roosteren

Een groepje vrienden rond een vuurkorf. Chillen. In de tuin. Jassen aan. Het is donker en fris. Eén van de jongens rolt een jointje. Een ander steekt een marshmallow op een stokje door de spijlen van de vuurkorf. Iemand stuurde me de foto toe. Ik was er niet bij, maar weet hoe de zoete, gesmolten, met rook omgeven licht geroosterde en gekarameliseerde marshmellow smaakt.

Maar weinig mensen weten dat ik het roosteren van marshmellows zelf heb uitgevonden. Rond mijn vijfentwintigste in 1980 trok ik met mijn vriendin al liftend door Amerika. We vertrokken begin april en kwamen in december weer terug. We hadden een enkeltje van Brussel naar Boston gekocht en wisten niet waar we die avond zouden slapen of hoe we verder zouden trekken. In mei kwamen we aan in de nogal noordelijk gelegen zuidelijke staat Virginia. We sliepen een nacht in de openlucht op de grond onder een overhangende rots op het smalle Appalachian Trail in Shenandoah Park.

Nadat we ons genesteld hadden in onze slaapzakken kreeg mijn vriendin dorst. Bij toeval strekte ik mijn arm ver uit en stootte ik op een flesje Seven Up, dat een wandelaar had achtergelaten op het pad. De kroonkurk zat er nog stevig op, dus wij durfden het wel aan dit prikwater te drinken. Het leek of wij door hogere machten in al onze noden werden voorzien. Als het begon te regenen, vonden we een paraplu of kwam er iemand naast ons lopen die zijn paraplu boven ons hoofd hield. Toen mijn vriendin tijdens een lift een keer verzuchte dat ze al zo lang geen boek meer had gelezen, bleek onze chauffeur op weg naar een tweedehands boekenmarkt met zijn kofferruimte vol boeken. Zoek maar uit wat je hebben wilt, zei hij. Mijn niet gelovig opgevoede vriendin schreef deze wonderen soms toe aan de god die ik thuis had achtergelaten, maar soms troostte of verontrustte ik mijn vriendin door haar voor te spiegelen dat haar moeder achter al deze grote daden zat en ons onderweg geen ogenblik alleen had gelaten. 

Bij de ingang van het nationale park hadden we instructies gekregen. Er lopen hier beren rond, één beer per vierkante mijl, was ons verteld. Beren vallen niet zomaar spontaan mensen aan, maar je moet zorgen dat je nooit tussen moeder en jong in komt te staan en áls er een beer achter je aankomt, vlucht dan bergafwaarts. Beren kunnen razendsnel rennen, maar met hun korte voorpoten kunnen ze minder snel de helling af. Eten en alles wat lekker ruikt, moet je 's nachts ver bij je vandaan in een boom hangen. Op campings in het park staan hoge palen met haken, waar je je etenswaar in plastic tassen hoog op kunt hangen. Wij hingen ons eten in een boom op grote afstand. De volgende morgen was alles opengeklauwd en opgepeuzeld, tot onze zakjes koffiemelkpoeder aan toe. Of het een beer is geweest of een eekhoorn weten we niet. 

De volgende nacht sliepen we op een camping. Het was vroeg in het seizoen en wij waren zo ongeveer de enige gasten. Om warm te worden hadden we een klein vuurtje gemaakt in een vuurkuil. We hadden wat brood gegeten, maar geen boodschappen gedaan en verder geen eten bij ons. We hadden alleen nog een zakje marshmellows. 

Toen deden we onze geniale uitvinding. Uit gebrek aan iets beters, uit verveling, honger en joligheid besloten we een marshmellow op een stokje te steken en in het vuur te houden. Tot onze verbazing vloog het snoepgoed niet in de fik en het smolt ook niet helemaal, maar het bleek half gesmolten en licht gebruind goed te eten en het smaakte heerlijk. We besloten al onze marshmellows te roosteren en samen gezellig op te peuzelen. Het maakte onze koude en hongerige avond weer helemaal goed. 

Een paar dagen later kwamen we aan in Charlottesville, Virginia. Amerika is een enorm gastvrij land en we sliepen vaak onverwachts bij particulieren die we even daarvoor nog niet kenden. Zo ook in Charlottesville. Aan tafel vertelden we trots over onze uitvinding en onze avonturen in het nationale park. Lachend vertelden we hoe we zo gek waren geweest om marshmellows in het vuur te houden en dat dit heerlijk bleek te smaken. Het hele gezin keek ons met grote ogen aan. Maar dat doet toch iedereen!? In Nederland was het roosteren van zoetigheid nog onbekend, maar in Amerika bleek het al een oude traditie. Wéér was ik te laat met een geniale uitvinding. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten