woensdag 13 april 2005

Terroristen afschrikken

Een commissie van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden houdt hoorzittingen over de vraag hoe nucleair terrorisme kan worden voorkomen. Tijdens de Koude Oorlog werd een atoomaanval tegengegaan door wederzijdse afschrikking. Maar dat lijkt een zinloze strategie als het gaat om een onzichtbare tegenstander die bereid is de marteldood te sterven. Michael Levi, auteur van The Future of Arms Control, zal donderdag voor de commissie uitleggen, dat volgens hem een goed doordachte afschrikkingsstrategie toch wel kan werken. Hij beschrijft zijn visie in een artikel in The New Republic van 13 april.

Levi gaat uit van de ‘calculerende terrorist’. Een groep als Al Qaeda zal zich niet laten afschrikken door de na een geslaagde aanslag te verwachten vergeldingsactie. Maar mogelijk wel door vergelding na een mislukte aanslag, waarbij geen enkele eer meer te behalen is. De belofte van vergelding voor een mislukt nucleair aanvalsplan zal terroristen misschien afschrikken aan een nucleaire aanslag te beginnen.

Er is een groot gevaar dat terroristen nucleaire munitie van staten in handen krijgen. Het is daarom van belang dat alle nucleair materiaal in de wereld een herkenbare ‘vingerafdruk’ krijgt, zodat de herkomst kan worden herleid als het materiaal in handen van terroristen valt. Amerika moet klip en klaar aangeven wat de consequenties voor de herkomststaat zullen zijn. In sommige gevallen is de reactie duidelijk: als Noord-Korea nucleaire wapens aan terroristen levert, kan het rekenen op zware vergeldingsacties. Het is daarentegen niet aannemelijk dat Amerika Rusland zou aanvallen. Maar wat zal Amerika doen als Pakistan, per ongeluk of expres, nucleair materiaal aan terroristen levert? Is de VS bereid een bondgenoot aan te vallen? Hoe duidelijker de VS aangeeft welke reactie een staat kan verwachten als deze nucleair materiaal verspreid, hoe groter de kans dat zo’n vergelding nooit nodig zal zijn. Daarom moet Amerika ook voor terrorisme een afschrikkingsstrategie formuleren, vindt Michael Levi.

Ik ben het met Levi eens dat nucleair terrorisme een groot risico is, dat met man en macht moet worden voorkomen. Toen het IJzeren Gordijn scheurde en de Sovjet-Unie instortte, riep ik luidkeels in het luchtledige: "nu non-proliferatie!": voorkomen dat nucleair materiaal dat 'niet meer nodig is' in verkeerde handen komt. Een technologische 'vingerafdruk' of 'oormerk' en een gesloten boekhouding voor alles wat nucleair is, vind ik van groot belang. - Het blijft een schande, dat Pakistan de kennis voor z'n atoomwapen uit Nederland heeft; ik herinner mij nog hoe meneer Kahn ineens uit Almelo was verdwenen. - Maar een afschrikkingsstrategie waarbij Amerika belooft naar believen elk land ter wereld te kunnen binnenvallen, geeft mij nu niet direct een erg veilig gevoel.

Bron: Old guard, door Michael Levi, The New Republic, 13.04.05.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten