woensdag 21 januari 2015

Extra'tje voor Houten

Het Gemeentefonds is de belangrijkste inkomstenbron van de gemeente. Daarnaast is de Onroerende Zaak Belasting  (OZB) belangrijk: dat is de enige inkomstenbron die een gemeente (bijna) helemaal zelf mag bepalen. De hoogte van de uitkering uit het gemeentefonds van het Rijk wordt jaarlijks door een ingewikkeld puntenstelstel bepaald. Er wordt met van alles rekening gehouden: aantal inwoners, oppervlakte, hoogbouw, ‘moeilijke gevallen’ (zoals veel lage inkomens of  probleemwijken), centrumfunctie (voorzieningen die voor de hele regio van belang zijn) en noem maar op.  

Gemeenten krijgen drie keer per jaar informatie over de hoogte van de uitkering. In mei op basis van de Voorjaarsnota, in september op basis van de Miljoenennota en in december als afronding van het jaar op basis van de Najaarsnota. Deze laatste, de ‘decembercirculaire’, heeft maar een beperkte betekenis, maar geeft wel wat plussen en minnen aan voor de jaarafsluiting.  

De gemeente Houten gaat er door de laatste cijfers iets op vooruit. Bij de herverdeling van het geld van het Rijk gaat er dit jaar meer geld naar gemeenten met veel ‘lage inkomens’. Daar profiteert de gemeente Houten van. De gemeente krijgt over de afgelopen jaren trouwens ook wat meer voor de hoeveelheid landoppervlak en oeverlengte. Het incidentele positieve effect van ruim een half miljoen euro wordt toegevoegd aan de jaarrekening van 2014. Als er na afsluiting van het jaar blijkt dat er geld overblijft, dan gaat dit in het reservepotje voor de economische crisis.


Voor wie zich in dit onderwerp wil verdiepen:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten