Vrouw: Schat, je bent de laatste tijd zo stil. Wat is er toch aan de hand met je?
Man: Ik weet het niet, schat, ik ken mezelf niet meer en de werkelijkheid lijkt zo ver weg.
Vrouw: Wat erg, ik zou er toch maar eens mee naar de dokter gaan.
Vrouw: Wat erg, ik zou er toch maar eens mee naar de dokter gaan.
De man gaat naar de huisarts en die stuurt hem meteen door naar een psychiater.
Psychiater: Vertelt u eens, wat is er aan de hand met u?
Man: Ik weet het niet, dokter, ik ken mezelf niet meer en de werkelijkheid lijkt zo ver weg.
De psychiater luistert zorgvuldig en stuurt na afloop van het gesprek zijn verslag naar de huisarts.
Man: Vertel het maar, dokter, wat is er aan de hand met me.
Dokter: De psychiater laat weten dat u last heeft van depersonalisatie en derealisatie.
Man: O, werkelijk? Wat betekent dat dokter?
Man: O, werkelijk? Wat betekent dat dokter?
De huisarts legt het hem uit en de man gaat naar huis.
Vrouw: Vertel me schat, wat zei de dokter?
Man: Nou, ik blijk last te hebben van depersonalisatie en derealisatie.
Vrouw: Oh vreselijk, wat betekent dat?
Man: Dat wist ik ook niet, maar volgens de dokter betekent het dat ik mezelf niet meer ken en de werkelijkheid lijkt zo ver weg.
Vrouw: Nou, het is maar goed dat je naar de dokter bent gegaan. Nou weet je tenminste wat er aan de hand is.
Vrouw: Oh vreselijk, wat betekent dat?
Man: Dat wist ik ook niet, maar volgens de dokter betekent het dat ik mezelf niet meer ken en de werkelijkheid lijkt zo ver weg.
Vrouw: Nou, het is maar goed dat je naar de dokter bent gegaan. Nou weet je tenminste wat er aan de hand is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten