De rechter legt uit dat in een kort geding niet kan worden vooruitgelopen op de uitkomst van bestuursrechtelijke bodemprocedures. Voor zover de civielrechtelijke voorzieningenrecher hier al een taak heeft, geldt dat de uitkomst van die procedures in dit geval te onzeker is. Dat er sprake is van onrechtmatige hinder hebben eisers te weinig concreet gemaakt, omdat objectieve gegevens ontbreken.
Burenruzie
Het gaat in dit geding niet om een bezwaarprocedure tegen een overheidsbesluit maar een civiele procedure tussen burgers, zeg maar een 'burenruzie' die de rechter moet beslechten. Zie ook mijn verslag van de zitting op 21 september.Maatwerkvoorschriftten
Het windpark draait op dit moment nog volgens de zogenoemde maatwerkvoorschriften. Die zijn strenger dan de landelijke milieunormen. Bij grote geluidsoverlast of bij slagschaduw door de laagstaande zon worden de molens automatisch stilgezet. Daardoor staan de Houtense molens vaker stil dan de Nieuwegeinse molens aan de andere kant van de snelweg. Eneco heeft eerder dit jaar aan de rechter gevraagd deze strenge regels te schrappen om volgens de 'normale regels' te mogen draaien. Eneco heeft daarin van de rechter gelijk gekregen, maar de gemeente Houten moet daar eerst nog een definitief besluit over nemen. Houten maakt daarmee geen haast, ook omdat er op dit moment eigenlijk geen 'normale regels' zijn.
Volgens de regels
De kortgedingrechter komt tot de conclusie dat het windpark zich houdt aan de regels zoals die op dit moment bekend zijn. Onder juristen is er discussie of het buiten werking stellen van de landelijke normen ook gevolgen moet hebben voor bestaande windparken. Daar heeft nog geen rechter zich over uitgelaten en het is goed mogelijk dat de Raad van State daar eerst nog nieuwe vragen over gaat stellen aan het Europese Hof. De rechter kan in kort geding alleen een voorlopige voorziening treffen als zij inschat dat een bodemrechter de eisers gelijk zal geven. Nog los van de vraag of hier voor de civiele voorzieningenrechter eigenlijk wel een taak ligt - het gaat hier immers om bestuursrechtelijke onderwerpen - geldt dat zij gelet op de lopende juridische discussie niet kan inschatten hoe een bodemrechter hierover zal oordelen. Dat betekent dat de voorzieningenrechter op die uitkomst niet vooruit kan lopen en dat er in dit kort geding op basis van deze juridische argumenten geen voorlopige voorziening kan worden getroffen.
Onrechtmatige hinder?
Windpark Houten houdt zich volgens de rechter dus aan de regels, maar dat betekent nog niet dat de molens geen 'onrechtmatige hinder' zouden kunnen veroorzaken. De eisers benadrukken dat zij ernstige geluidsoverlast ervaren in de nacht en dat zij daar wakker door liggen. De rechter neemt dit van hen aan en betreurt dit. Maar de eisers komen niet met objectieve gegevens waaruit die overlast ook echt blijkt. De rechter vindt dat de eisers onvoldoende aannemelijk hebben gemaakt dat dat er sprake is van 'onrechtmatige hinder'.
Belangenafweging
Ook een afweging van de belangen van partijen valt niet in het voordeel van de eisers uit. Het per direct stilzetten van de windmolens heeft een enorme impact op de bedrijfsvoering van Windpark Houten en het heeft ook invloed op het behalen van de regionale, landelijke en mondiale milieudoelen. Dit terwijl de uitkomst van de verschillende procedures nog erg onzeker is en het op dit moment onduidelijk is in welke mate er sprake is van geluidhinder, omdat objectieve gegevens ontbreken. Daarom moeten de belangen van de eisers wijken voor die van Windpark Houten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten